door de bifilaire wikkelingen), maar parallel aan dien weerstand staat de zelfinductie. Deze zal een E M.K. opwekken in de richting, aangeduid door den dubbelen gestippelden pijl. Is de zelfinductie goed gecompenseerd, waarvoor den juisten weerstand in den rheo- staat gezocht moet worden, dan mag de galvanometernaald niet uit slaan.In dit geval bestaat de betrekking: C (farad) XW2 (Ohm) de zelfinductie L in Henry. We merken op, dat de geshunte condensator, behalve voor de compensatie, ook nog voor de verhaasting van de stroomstijging werkt, waardoor de smorende werking van de zelfinductie tot nul gereduceerd wordt. De condensator werkt aanvankelijk als een weerstandslooze paral- leltak bij den geshunten weerstand. Naarmate de condensator zich laadt, wordt zijn weerstand grooter, totdat ten slotte na vollading de weerstand oneindig groot is geworden. Noemen we den Omhschen weerstand van zelfinductie Wr., dan F is de hoogste waarde van den stroom i en dan is het spanningsverschil tusschen B en C (aannemende, dat de inwendige weerstand van de batterij O) gelijk aan ïXWr. Maar op het oogenblik der stioomsluiting is het spanningsverschil gelijk aan de volle E.M.K. der batterij. Is de condensator geladen (blokkeering), dan zal stroom door den geshunten weerstand gaan. Gedurende de lading krijgen we dus verschillende tusschentoestan- den; het spanningsverschil tusschen B en C valt van E Volt tot (i X Wr) Volt. Hoe groot moeten we nu de E M.K. van de batterij nemen De zelfinductie van een electromagneet met ijzeren kern hangt af van de stroomsterkte, daar de permeabiliteit van het ijzer varieert met verschillende waarden van de magnetiseerende kracht. De zelfinductie neemt toe, immers ook de permeabiliteit neemt dan toe, wanneer de magnetiseerende kracht grooter wordt. Logisch zoude het dus zijn, de stroomsterkte voor die proef te kiezen, overeenkomende met de hoogste waarde van den geïnduceerden stroom in de secundaire keten bij een telefoonverbinding. Die stroomsterkte zal 50 microampére zijn. Evenwel stelt de gevoeligheid der gebruikelijke galvanometers aan kleine stroomsterkten ook haar grens. Kiezen we voor die proef een stroomsterkte van 10 milliampère en voor den shuntweerstand 1000 xz (de' Ohmsche weerstand der wikkelingen 400 XZ), dan zal de battrijspanning ongeveer 498 W - I - YV R

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 532