tigde Koningrijk der Nederlanden, met uitzondering van de dis tricten der provincie Limburgaangewezen in art 4. art. 2. Z. M, de Koning der Nederlanden, Groot-Hertog van Luxem burg. stemt er in toe, dat in het Groot-Hertogdom Luxemburg de grenzen van het Belgische grondgebied zoodanig zullen zijn, als dezelve hieronder zulien omschreven worden: vzie de bij gevoegde schetskaart), art. 3. Voor het gebied bij het vorig artikel afgestaan, zal aan Z M. den Koning der Nederlanden, Groot-Hertog van Luxemburg, eene schadeloosstelling in grondgebied in de provincie Limburg worden aangewezen, art. 4. Ter uitvoering var, dat gedeelte van art. 1, hetwelk betrekking heeft op de provincie Limburg, en ten gevolge van den afstand van grondgebied, die Z.M. de Koning der Nederlanden doet in ait. 2, zal gezegde Z.M., hetzij in deszelfs hoedanigheid van Groot-Hertog van Luxemburg, hetzij om met Holland vereenigd te wotden, de landstreken bezitten, waarvan de grenzen hieronder worden aan gewezen (zie de bijgevoegde schetskaart) art. 5. enz. art. 6. Ten gevolge van de hiervoren vastgestelde schikkingen, over het grondgebied, doet elk der beide partijen wererkeerig voor altijd afstand van alle aanspraak op het grondgebeid, alle de steden, plaatsen en oorden, gelegen binnen de grenzen der bezit tingen van de andere partij, zoodanig als deze omschreven in de art- 1 2 en 4. art. 7, België zal binnen de in de art. 1 2 en 4 aangewezen grenzen eenen onafhankelijken en voortdurend onzijdigen staat uitmaken. Het zal gehouden zijn, dezelfde onzijdigheid jegens alle de andere Staten in acht te nemen, art. 8 t/m. 13 enz. art. 14. De haven van Antwerpen zal in overeenkomst met de be palingen van art. 15 van het Verdrag van Parijs van den 30 Mei 1814, bij voortduring alleen eene handelshaven blijven. enz. enz. Aldus de geschiedenis: thans eene korte bespreking van de annexa- tie-eischen. Voor wat den afstand van Limburg beoosten de Maas en beneden Roermond betreft, is de zaak weinig ingewikkeld. Zooals uit het Tractaat van 1839 blijkt, weid een deel der provincie Limburg af gestaan in ruil voor de grootste helft van het Groot-Hertogdom 504

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 540