Luxemburg, dat onder den Koning der Nederlanden tot het Duitsche
Verbond behoorde.
De opeisching nu van Limburg, vormt een annexatieplan zonder
eenigen grond, nóch historisch, nöch van rasverwantschap, nóch
van wensch der bevolking.
Voor wat Zeeuwsch Vlaanderen betreft, is de kwestie veel in
gewikkelder. Zeeuwsch Vlaanderen behoort van ouds tot de Noor
delijke Nederlanden; de grondslag tot deze verhouding werd reeds
gelegd in den 8)-jarigen oorlog, terwijl in 15C4 dit land onder
den naam van Staats-Vlaanderen voor goed bij de VII Provinciën
werd ingelijfd onder gouverneursschap van niemand minder dan
Frederik Hendrik. En ai is in den loop der tijden Staats-Vlaan
deren, nl. van 1795'814 wel eens van eigenaar verwisseld, steeds
weer is het land tot den ouden stam weergekeerd. Nu is er echter
in het vraagstuk, dat Zeeuwsch Vlaanderen betreft, een zeer moeilijk
punt en weldit land vormt ongelukkigerwijs de linkeroever van de
Wester Schelde.
En zonder nu de reeds zeer oude Scheldekwestie volledig te wil
len bespreken, wil ik toch enkele punten ter zake aanstippen. De
geheele moeilijkheid rgipfelt" in de vraag, of Antwerpen een oor
logshaven zal wezen, ja dan neen. Is dit niet het geval, dan is in
oorlogstijd het feit, dat Nederland de Scheldemonding bezit, geen
enkele grond tot moeilijkheden. Voor de vrije handelsvaart in vre
destijd, is dit bezit evenmin een bezwaar, daar sinds 1863 de tol
is afgekocht; en voorts tonen de groote bloei van Antwerpen en
het enorme havenbedrijf van die stad, dat Nederland in deze vol
komen fair handelt.
Maar wel ontstaan direct moeilijkheden, als men Antwerpen als
oorlogshaven wil gebruiken. Dat Engeland dit niet wil, althans
zoolang het een gebruik door den vijand geldt, trad reeds aan het
licht, toen Napoleon in 1803 deze stad als basis voor een expedi
tie naar Engeland wilde bezigen en daartoe de Antwerpensche
havenwerken reorganiseerde. Den 3len December 1813 schreef dan
ook Lord Bathurst aan Wellington: „Ons groote doel is Ant
werpen. Wij kunnen geen veiligen vrede sluiten, indien deze plaats
in de handen van Frankrijk wordt gelaten. Wanneer ik U mede
deel, dat Lord Castlereagh is gemachtigd te verklaren, dat wij
geen van onze veroveringen zullen opgeven, tenzij zoo over Ant
werpen wordt beschikt, dat het niet meer onder den invloed van
Frankrijk is, dan kunt U het bijna beschouwen als onze sine qua
non voor zoover het den vrede met ons betreft." In het Trac-
505