peil, dan aan gene zijde van de grens, waar het te veel door de
geestelijkheid wordt bëinvloed.
Wat de economische verhouding betreft, is het juist, dat België
groote belangen in Zeeuwsch Vlaanderen heeft; wat overigens voor
de hand ligt, waar de verbindingen met het overige Nederland nu
niet direct tot de gemakkelijkste behooren en België er veel voor
over schijnt te hebben de rijke Nederlandsche provincie economisch
te veroveren. Doch ook de vaderlandsche handel Iaat zich niet on
betuigdwaar een deel der suikerbieten, al de gerst, het vlas
en de aardappelen over de grens gaan, daar worden ook millioenen
ki'o's suikerbieten over de Wester Schelde verscheept, gaat alle
tarwe naar Holland, evenals de erwten, de boonen en de-haver.
Van een overwegenden Belgischen invloed is dus nog geen sprake.
Ik meen met dit korte overzicht te kunnen sluiten. Wat ten slotte
de annexatie-eischen zullen omvatten, wanneer ze in openlijke be
spreking komen, wij wetr n het niet. Doch wel zal Nederland duidelijk
toonen, dat de landstreken in quaestie, door banden uit het ver
leden, door economische banden van het heden en bovenal door
den wil der beslist Nederlandsche bevolking, onafscheidelijk met
ons land zijn verbonden.
Bandoeng, Maart 1919.
G. Th. Slothouber,
Kapitein Adjudant der Artillerie.
Eenige Bronnen
Staatsbladen van 1813 tot 1840.
De Scheldekwestie; door J. H. Deibel.
De Scheldekwestie; door Jhr. Mr. R A. de Klerek.
Het Leven en de Regering van Z M. Willem 1door G. Engelberts
Gerrits.
Historisch-Geographische Atlas der Algemeene en Vaderlandsche
Geschiedenis; door Dr. W.J A. Huberts.
Oranje Boek van September 1916.
De (oude) Groene van 16, 23 en 30 Mei 1915.
507