Ik wil niets zeggen over de kwaliteiten van den werktuigkundige, ik wil gaarne aannemen, dat hij zijn beste krachten heeft besteed aan het werk, waarvoor hij aangesteld werd, en dat men gekomen is tot zijn benoeming, omdat men verzuimd had een ingenieur in dienst te nemen, maar ik vind het verkeerd, dat men twee betrek kingen, die naar mijn meening absoluut onvereenigbaar zijn in een persoon vereenigt. Ten slotte de toekenning van een bepaalde uitkeering aan de nagelaten betrekkingen van verongelukte vliegers, en aan militairen, die door een vliegongeluk ongeschikt worden voor verderen dienst. Ik zal hierop verder niet aandringen in afwachting van de in bewerking zijnde voorstellen omtrent het toekennen van eene hoogere bezoldiging, enz waarmede men, zij het langs indirecten weg, het zelfde bereiken kan. Maar in verband hiermede heeft mij zeer ver wonderd de zinsnede in de Memorie van Antwoord, dat vooralsnog niet kan toegegeven worden, dat de toelagen aan vliegers te gering zijn. In de tweede plaats de omvorming van de artillerie. Ik zal mij onthouden van eenig woord van aanbevelling, omdat ik er zelf min of meer in betrokken ben, doch ik wil wijzen op eene consequentie van dien maatregel. Tot dusverre hebben wij een scherpe scheiding tusschen bereden- en vesting-artillerie, met als gevolg zware bevor- ringseischen. Om voor bevordering in aanmerking te komen, moeten de officieren gediend en voldaan hebben bij elk onderdeel. Het gevolg is, dat er een groot aantal elkaar opvolgende overplaatsingen, tot geldelijk nadeel van de betrokken pesonen en van de schatkist, plaais hebben Zoodra immers iemand bij eeri onderdeel heeft voldaan, moet hij weg naar een ander onderdeel om daar weer een beurt te hebben. Op die manier worden de officieren in een examenstemming gehouden; men heeft altijd het gevoel, dat er een chef gereed staat, om te zien, wat goed of slecht is. Bovendien groot nadeel voor de geoefenheid van den troep, die op zoo'n manier examenmateriaal wordt. Ook kan op die manier geen sprake zijn van een nauwere aanraking van officieren en manschappen. Bij de artillerie heeft men met een hardnekkigheid, een betere zaak waardig, steeds aan dit stelsel vastgehouden. Nu beoogt de omvorming de scherpe scheiding tusschen de bereden- en de vesting-artillerie weg te nemen en ik hoop, dat men nu geheel zal breken met het oude stelsel, dat aan de betrokken officieren en aan de schatkist veel onkosten veroorzaakt en den troep tot proef= konijn maakt. Ten slotte over het vrijwilligerskorps op Sumatra's Oostkust, In deze btgrooting is een zeker bedrag uitgetrokken ten behoeve van het vrijwilligerskorps van Sumatra's Oostkust en nu heeft in de couranten gestaan, dat het corps bezig is op te houden te bestaan.. Ik heb echter inlichtingen ontvangen o.a. van de heer Ketner, die eenige dagen geleden gedwongen is geworden om te vertrekken, dat het nog lang niet zoover gekomen is. In ieder geval heeft de zaak nog niet een zoodanige wending genomen, of er zou nog op herstel gerekend kunnen worden. Daarom waag ik het om hier 77

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 79