Welke kogel zoudt U gaarne willen hebben
Dit was maar een aardigheid, welke ik mij veroorloofde, maar
in ernst, zou U een dergelijk van de thans te Tjimahi overbodig
geworden werktuigen in Uw bezit willen hebben Nu die voor
werpen krijgen geleidelijk meer historische waarde en als U er nu
een wilt hebben, wil ik U er met plezier een sturen, als de Regee
ring het tenminste toestaat, want die voorwerpen behooren tot de
Gouvernementsgoederen. Maar misschien wilt U dan wel de vracht
voor Uw rekening nemen?
Voor de gelijkstelling van Amboneezen en Inlanders, wat hun
inkomsten betreft, heeft de heer Pabst ook al gepleit Maar daar
zijn niet alleen geldelijke consequenties aan verbonden, maar daar
bij heb ik ook rekening te houden met de omstandigheid, dat een
bepaalde categorie tot nu toe een bevoorrechte positie in het leger
heeft gehad.
Hoewel ik niet politiek ben aangelegd, geloof ik toch, op grond
van die omstandigheid, dat men de gelijkmaking van de positie der
niet-Europeesche militairen geleidelijk en niet in eens moet aan
brengen, want dan zouden de nu bevoorrechten zich achtergesteld
gevoelen.
Dus voor een geleidelijke gelijkstelling ben ik en wanneer de
voeding geheel voor rekening van het Land wordt genomen, dan
zal ik daarmede ook rekening houden.
Zooals gezegd, doen zich hierbij niet alleen de geldelijke conse
quenties gelden, maar voornamelijk die, welke voortspruiten uit een
jarenlang bestaan hebbende toestand.
Over Commissies van soldaten en wat daarmede samenhangt heeft
de heer Pabst al een en ander in het midden gebracht en ik kan mij
daarmede geheel vereenigen. De resultaten, die men met een proef in
die richting heeft verkregen een aantal jaren geleden, geven weinig
aanleiding om de zaak weer opnieuw te beginnen. Toch heb ik
zonder het nog bepaald geformuleerd te hebben, wel overwogen
om, wanneer de voeding van Landswege verstrekt wordt, eenige
medezeggingschap te geven aan alle categorieën van militairen bij
die wijze van voedingverstrekking betrokken, omdat de bestaande
toestand dan geheel gewijzigd wordt. Een vaste vorm heeft dit
denkbeeld echter nog niet aangenomen, waarom ter zake ook nog
geen toezegging kan worden gedaan.
Ik geloof, dat de wensch door den heer Pabst geuit met betrekking
tot de regeling van de werkzaamheden op Zon- en feestdagen
geheel zal worden bevredigd, wanneer de plaatselijke en korpscom
mandanten nakomen, wat ter zake is voorgeschreven, en ik geloof
ook, dat aan die voorschriften in het algemeenvoldoende aandacht
wordt geschonken.
Omtrent de wijze van berekenen der verlofstraktement van de
officieren heeft de heer Pabst gewezen op een grief, die allerwege
en gedurende geruimen tijd in het leger gevoeld is. Mijn eigen
overtuiging is, dat billijkheidshalve bij de regeling van die inkom
sten wel degelijk de bijzondere inkomsten zooals huishuurvergoeding
moeten worden in aanmerking genomen, evenals zulks bij bepaalde
91