Deze commissie waarin ook een Europeesch, een Amboineesch- en een Inlandsch militair beneden den rang van sergeant zitting hebben heeft om. tot taak in beschouwing te nemen de inrich ting en het beheer van de menages en het toezicht daarop, de spijsbereiding, den eigen aankoop, enz. Daarbij komt dan vanzelf ook het vraagstuk nopens het medezeggingschap van belanghebben den ter sprake. Onderafdeeling 396. Voorzieningen van materieelen aard in het algemeen. Daar de niet-Europeesche korporaals, sergeanten en fouriers, die, uithoofde van het voldoen aan gelijke eischen van geschiktheid bekleed zijn met eene Europeescbe kaderbetrekking gelijke hiëra- chieke rechten hebben als hunne Europeesche ranggenoten en der halve in de militaire rangorde geplaatst zijn boven de overige niet- Europeesche militairen van denzelfden rang, was het in het belang van eene goede gezagsverhouding noodig aan eerstbedoelden een onderscheidingsteeken toe te kennen en lag het tevens voor de hand, dat onderscheidingsteeken mede toe te kennen aan de Europeesche korporaals, sergeanten en fouriers. Bedoeld teeken wordt dus ge dragen door hen, die ongeacht hun landaard met eene Europeesche kaderbetrekking bekleed zijn. In de hoogere onderofficiersbetrekkingen zal het teeken niet ge dragen worden, aangezien in die rangen geen secundaire door niet-Europeanen bekleede kaderbetrekking bestaat. Deze hoogere kaderbetrekkingen worden uitsluitend bekleed door Europeesche militairen en door niet-Europeanen, die aan dezelfde eischen van geschiktheid voldaan hebben. Onderafdeelmg 403. In sommige gewesten is wegens de duurte der levensmiddelen aan beoaalde categorieën van personen eene tegemoetkoming toege kend; uiteraard geschiedt dit niet aan personen, die deelnemen aan menages, ook niet ten opzichte van ongehuwde sergeant majoors en sergeanten, die in dit geval verkeeren en in wier voeding geheel van landswege wordt voorzien. Na de totstandkoming der begrooting voor 1919 zullen toelagen bij bepaalde diensten buiten het garnizoen ook worden genoten door de bedoelde ongehuwde onderofficieren en de Europeesche gehuwde militaren beneden den rang van onderofficier. In de garnizoenen wordt ten behoeve van het gezin van gehuwde Amboineesche militairen, die zich opnieuw voor den dienst verbinden, zoomede voor de gezinnen van alle met vrouwen van hun landaard gehuwde Amboineesche militairen verstrekt voor de vrouw 0.25 K.G. Rijst 653 elk kind 016 dan wel de geldswaarde daarvan.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 125