ook hier, om uit ongetwijfeld juiste waarnemingen al te starre ge volgtrekkingen te maken. Ik zal dus hieronder een bescheiden poging wagen om aan te toonen, dat de heer K. niet alles hetft kunnen bewijzen, wat hij heeft gezocht te bewijzen, n 1dat kennis van paedagogie, nóch van psychologie voor ons noodig is. Vooropgesteld dient te wordenwij moeten de quaestie van een objectief standpunt beschouwen; dit is als altijd en overal de eenige manier om de waarheid los te wikkelen uit eenzijdige be schouwingen. Wij stellen dus de vraag, in de meest gewone be- teekenis der woorden: „Wat is het doel, het wezen en de grondslag der opvoeding en welk systeem is het meest waard?" En het ant woord zou kunnen zijn Opvoeding is een proces van vorming van het ichaam en van den geest, dat den mensch geschikt maakt voor de gemeenschap. Daarbij moet handig gebruik gemaakt worden van de vastgelegde ervaringen van het menschelijke ras, van de individueele bekwaam heden, neiging, smaak en van de persoonlijke eerzucht (psychologie), en van de problemen en de omstandigheden van de omgt ving, waarin de individuen leven (sociologie). Het doel der opvoeding is niet eenvoudig te versterken en duur zaam te maken, wat onze voorgangers als goed en nuttig hebben leeren kennen, maar om het individu zoowel als het geheele ras op te voeren tot het verlangen van „zichzelf" te maken, wat men kan. „To inspire enthusiastic activity" noemt Lancaster het geheim van de opvoeding. Het doel is dus, behoort althans te zijn, de ontwik keling van de zedelijke persoonlijkheid, de karaktervo ming, hetgeen alleen maar mogelijk is door zelfopvoeding. Het doel is dus niet het aangeboren karakter uit te roeien of te vervormen, maar iets geheel anders: de opvoeding moet juist dat aangeborene voor haar eigen doel gebruiken, zij moet zekere neigingen van den aangeboren aanleg zoodanig in wer king brengen en prikkelen, dat daardoor minderwaardige harts tochten teruggedrongen worden. Het aangeboren karakter is niet maar iets eenvoudigs, maar een zeer tegenstrijdige veelheid van gegeven neigingen; dit feit is het, waarmee de opvoeding reke ning moet houden; opvoeding beteekent keuze, zij moet uit de volheid van het voorhanden zijnde het positieve, gezonde, sociale te voorschijn brengen, om het individu geschikt te maken voor de gemeenschap, en dat tegen het antisociale of ziekelijke uitspelen. 747

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 209