Dat de in Indië te vormen officieren dezelfde maatschappelijke stelling moeten hebben als de hier opgeleide artsen, rechtskundigen èn bestuursambtenaren, en dat hun bezoldiging dienovereenkomstig gerege.d worden zal, vond natuurlijk geen tegenkanting. Het is duidelijk, dat de oppositie tegen de voorgestelde Indische officiersopleiding ook een politieke oorzaak heeft en dat is heef begrijpelijk; vooral de Inlandsche voormannen kunnen er niet toe medewerken, dat de uit hun volk voortgekomen officieren van minder gehalte zijn dan die uit Nederland afkomstig. Blijkens het verslag was er dan ook maar één lid, dat geen bezwaar heeft tegen de voorgestelde officiersopleiding en het daarmede samenhangende dubbele officiers- kor ps, maar dan ook alleen als overgangsmaatregel. Het lijdt geen twijfel, of het ontwerp is voor de meerderheid onaannemelijk, tenzij de officiers opleiding in Indië gelijkwaardig met die in Nederland gemaakt wordt. Een ander verschilpunt is de mate van ontwikkeling vereischt voor inlijving. De Regeering wenscht den dienstplicht op te leggen aan alle mannelijke ingezetenen, ongeacht het bezit van een zekere mate van ontwikkeling. Hiermede kunnen zich de meeste leden niet ver eenigen; zij meenen, m.i. terecht, dat jongelieden, die een zekere schoolopleiding achter den rug hebben, in denzelfden tijd eerder tot militair gevormd kunnen worden dan b.v. volslagen analpha- beten. Gaat men dezen gedurende hun militairen diensttijd eenig schoolonderonderwijs geven, dan komt zulks in mindering van den tijd beschikbaar voor de militaire opleiding en deze leden achten één jaar een minimum voor de uitsluitend militaire opleiding, een mee ning, welke tal van troepenofficieren hoogstwaarschijnlijk zullen deelen. De door sommigen geuite vrees, dat dienstplicht, alleen aan ontwik kelden opgelegd, het schoolbezoek zou verminderen, konden zij niet deelendaarvoor is h.i. de drang naar onderwijs te groot, terwijl bovendien aanvankelijk de jaarlijksche lichting zoo klein is, dat lang niet allen, die onderwijs genoten hebben, ingelijfd zullen worden. Ook verwachten deze leden nog eenige andere voordeelen van het alleen inlijven van geletterden, oa. gemakkelijker controle van de opkomst der dienstplichtigen, beter begrip onder de dienstplichtigen zelve van de noodzakelijkheid van een goede weermacht voor den vooruhgang van Java, wegens, het betere gehalte van het dienstplichtleger zal het aanzien hiervan bij de bevolking grooter zijn, en meer keus voor kadervorming. Blijkens de memorie van toelichting had de Regeering aanvan kelijk het voornemen den dienstplicht op te leggen alleen aan hen, die eenige schooipleiding genoten hadden, docht dit denkbeeld werd later losgelaten, omdat de aldus gevormde weermacht in werkelijk- 764

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 226