ten konden worden. Een verzwaring van de straf heeft ongetwijfeld ook gelegen in de slechte localiteiten, waarin zij veelal moest wor den ondergaan. Ten slotte wordt vermeld, dat het collectief straf fen steeds meer als een onrecht wordt beschouwd. 3. Legering. Ten aanzien van de legering maakt de commissie hpH»rp onder!??beid tussc,?5" de permanente gebouwen en de gelegen heden, welke tijdens de mobilisatie geschapen moeten worden, ten einde den troep buiten zijn normale standplaats onder dak te brengen. vün a ?KZeer*is bekend> dat de meeste van onze kazernes oud zijn en met beantwoorden aan de eischen van hygiëne en comfort welke tegenwoordig gesteld worden. Bij de verhooren bleek der gevoeld5'6' vooraI het één-kamerstelsel als groot bezwaar wordt Indien de oorlog kort geduurd had, zou de legering buiten de kazernes in het algemeen voldoende zijn geweest; nu het leger ruim 4^Jaar °P ™et van oorlog gehouden moest worden, zij in verschillend opzicht onvoldoende geweest; waarbij de zeer langzame wijze van werken van de genie zeer belangrijk in den weg heeft gestaan, om het uiterste te doen, ten einde te verbeteren K100 worden- E9hter mag niet uit het oog worden erloren het gebrek aan medewerking van de zijde van den soldaat. m i g" het. algemeen kan men zeggen, dat de voeding n het leger goed is en is geweest. De hoedanigheid van het voedsel dikw'lls uitstekend. Een vrij algemeene klacht was, dat 7inrini°tlP^S<inee ni> voIdoende geschoold was. De inrichting en zindelijkheid der keukens lieten vaak veel te wenschen. wÜicni 'eed'"2- de kleeding in het begin der mobilisatie te wenschen, al spoedig is daarin zoodanige verbetering gebracht dat in het algemeen gezegd kan worden, dat het leger gedurende de mobilisatie goed gekleed is geweest. De onderkleeding heeft tot hivr %e t Lacl aanIeiding gegeven tengevolge van de omstandig heid, dat het wasschen van de lijfgoederen vaak te wenschen liet aJI'a °veng5 lichamelijke verzorging. Ontkend kan niet v/orden, dat de wasch- en badgelegenheid in het leger beter behoort te zijn. üeestehj'ke verzorging. De aalmoezeniers en veldpredikers zijn er in geslaagd in de bestaande beloefte aan geestelijke verzorging te voorzien. Vrij algemeen werd de klacht vernomen, dat de man schappen der bereden wapens weinig of niet in de gelegenheid waren Zondags te communiceeren. Overigens hadden de geestelijken over het algemeen niets dan lof voor de medewerking door hen bij de vervulling van hun taak, van de zijde der militaire chefs ondervonden. 8. Cantine. Of de afkeuring van het systeem van verpachting van cantines ten volle verdiend is, zou de commissie niet durven zeggen. Haar indruk althans is, dat te veel. uit het oog is verloren dat de cantine niet goedkoop kan verkoopên, wanneer de goederen op de open markt duur zijn. Intusschen blijft natuurlijk als niet te weerspreken nadeel, dat de pachter in zijn bedrijf een bestaan moet vinden wat uiteraad door den soldaat betaald wordt. Van onbe hoorlijke winsten, door pachters gemaakt, is der commissie echter 788

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 250