weg zijn beklag te doen bij den tot straffen bevoegden meerdere on der wiens rechtstreeksch bevel de strafoplegger gesteld is, of die door Ons of door Onzen daarbij be trokken Minister van Marine of Oorlog is aangewezen. Artikel 6 2. (1) Voordekenkaarinakingvan het verlangen om een beklag in te brengen, heeft de gestrafte een termijn van vier dagen aanvan gende met den tweeden dagna dien, waarop de oplegging van een straf te zijner kennis is gekomen. (2) Verlangt de zich in arrest bevindende gestrafte omtrent het inbrengen van een beklag met an deren te raadplegen dan worden de door hem daartoe aangewezen per- sone, ten getale van ten hoogste drie, tot hem toegelaten, indien en voor zoorverre de commandee- rende officicier hunne aanwezig heid niet onraadzaam acht. Artikel 62 lid 3 en 4. (3) Onverminderd het bepaalde bij artikel 50 kan de meerdere die over het ingediende beklag heeft te beslissen, indien en voor zooverre daartoe termen zijn.de verdere uit voering der straf schorsen. Maakt hij van die bevoegdheid gebruik, dan kan hij den gestrafte gedu rende den tijd dier schorsing voor zoover noodig in arrest doen ver blijven. weg mondeling of schriftelijk zijn beklag te doen bij den tot straf fen bevoegden meerdere, onder wiens rechtstreeksch bevel de strafoplegger gesteld is of die door den Gouverneur Generaal of krachtens diens machtiging door den Commandant van het Leger en Chef van het Departement van Oorlog is aangewezen. Artikel 2. 1V oor de kenbaarmaking van het verlangen om een beklag in te brengen, heeft de gestrafte een ter mijn van vier dagen, aanvangende met den tweeden dag na dien, waarop de oplegging der strafte zijner kennis is gekomen. (2) Verlangt de zich in arrest bevindende gestrafte omtrent het inbrengen van een beklag met anderen te raadplegen, dan wor den de door hem daartoe aange wezen personen, ten getale van ten hoogste drie, tot hem toe gelaten, indien en voor zoover de com- mandeerende officier hunne aan wezigheid niet onraadzaam acht. Artikel 3 lid 2 en 1. (2) De meerdere, die over het ingediende beklag heeft te beslis sen, is indien en voorzoover daar toe termen zijn, bevoegd gedu rende zijn onderzoek de verdere, uitvoering der straf te schorsen. Maakt hij van die bevoegdheid gebruik, dan mag hij den gestrafte gedurende den tijd dier schorsing voor zoover noodig in arrest doen. verblijven. 834

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 296