Het bezwaar, dat de menschen het geld dadelijk op zouden ma ken en gedu ende meerdere dagen niets meer zouden hebben, lijkt mij overdreven. Bovendien staat hier tegenover, dat zij met het eerste bedrag al dadelijk iets blijvends kunnen koopen, eene mooie sarong of zoo iets, en nu eerst moeten sparen, wat den meesten niet goed afgaat. In verband met deze voorgestelde wijziging zouden dan ook o.a. de menagerekening en het sterkteboekje om de tien dagen moeten worden afgesloten. Welk een groote besparing van tijd en arbeid dit zou geven, is voor geen enkel compagniescommandant een geheim. 8. De aantooning wordt ingediend, nadat alle betalingen'gedaan zijn. Komen daarin fouten voor, dan krijgt men die terug en moeten de verbeteringen zoowel in deel II als in deel III worden aangeb acht. Hebben die fouten betrekking op één der eerste dagen van de aantooning, dan komen bovengenoemde twee boe ken vol doorhalingen te staan. In welke andere boekhouding zou zulks worden geduld? Logischer zou het zijn, indien de fouten op de e.v. aantooning (uitbetalingsstaat) moeten worden hersteld, vooral, waar eventueel te min of te veel uitbetaalde soldij, toch eerst op den eersfvol- genden betalingsdag kunnen worden vereffend. Waarom kunnen de verhoogde soldijen, vivresindemniteiten, bijslag hierop, enz. wel op de gewone aantooning worden ge bracht, doch moet voor den duurtetoeslag eene aparte aantoo ning worden gemaakt? Er zijn blaucorubrieken genoeg en het opbrengen op een apart stuk papier heeft slechts meerder tijdverbruik ten gevolge. 9. Bij verzoeken, aanvragen kaderschool, enz. moeten steeds de extracten stam- en strafhoek worden opgezonden. Het gevolg hiervan is, dat die papieren dikwijls niet bij de hand zijn, als men ze toevallig noodig heeft, terwijl ook zoekraken bij het heen en weer zenden niet uitgesloten is. Zou het niet voldoende zijn, die verzoeken door te zenden, voorzien van het advies van den compagnies- dan wel korps- (detachements)commandant Mo* t b v. iemand zich reëngageeren, dan moet zijn strafleg- ger worden overgelegd. Wat heeft daar nu de officier van ge- zondneid mede te maken? 10. Waarom moet een proces-verbaal van verloren patroonhouders in drievoud en een idem van verloren hulzen in tweevoud wor den opgemaakt? Het zij verre van mij te meenen, dat de hierboven voorgestel de vereenvoudigingen de eenige zijn, welke kunnen worden aan gebracht, doch misschien zou alvast hiermede kunnen begonnen worden, waardoor alle compagnies(detachements)commandanten veel schrijfwerk zou ontnomen worden. Nakana. 579

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 37