De toelating van ongegradueerden tot de le klasse zal niet aan
formatiecijfers zijn te binden, zoodat elk militair, die aan de te stel
len eischen voldoet, aanstonds daarin kan worden opgenomen.
Voorde korporaals dient althans voorloopig zoowel overgang
naar den hoogeren rang in dezelfde klasse, als naar de hoogere klasse
in denzelfden rang en naar den hoogeren rang in de lagere klasse
mogelijk te zijn; sergeanten (wachtmeesters) der 2e klasse zullen
slechts na overgang tot de Ie klasse de fouriersbetrekking of de
hoogere onderofficiersrangen kunnen bereiken.
3 en 4. Ten einde de niet te voorkomen verschillen in den
bevorderingsgang bij de onderscheidene wapens en diensten en een
mogelijken ongelijkmatigen bevorderingsgang bij hetzelfde legeron
derdeel, althans in hare geldelijke gevolgen, zoo min mogelijk te
doen drukken, ontwierp de commissie, op het voetspoor van de
onlangs in Nederland ingevoerde militaire bezoldigingsregeling een
stelsel, waarbij de bezoldiging in de eerste plaats beïnvloed wordt
door den diensttijd.
Dit stelsel bestaat in het vaststellen van eene minimum- en eene
door periodieke verhoogingen te bereiken maximum-bezoldiging voor
eiken daarvoor in aanmerking komenden rang, waarbij de periodieke
verhoogingen nog eenigen tijd zijn voortgezet na het tijdstip, waarop
gemiddeld de hoogere rang wordt behaald.
In eiken rang is de aanvangsbezoldiging zooveel mogelijk gesteld op
het vroegste tijdstip, waarop die rang kan worden verkregen; zij, die
eenigen rang later bereiken, treden des te eerder in het genot van
een of meer aan dien rang verbonden periodieke verhoogingen.
Het tijdsverloop, waarna telkens eene verhooging in denzelfden
toegekend, rang wordt, is in navolging van de Nederlandsche
regeling voor officieren en voor onderofficieren van af den
rang van sergeant le klasse op twee jaren gesteld.
Voor militairen van lageren rang achtte de commissie een zoo
korten termijn niet noodig, omdat voor hen, gelet op hun eenvou
diger levensstandaard, de gezinskosten minder snel stijgen en niet
doelmatig, omdat daardoor het bedrag der periodieke verhoogingen
te gering zou moeten worden.
De bedoelde termijn werd daarom voor hen op drie jaar gesteld,
terwijl het tijdstip van indiensttreden als uitgangspunt werd genomen.
5. De commissie heeft gemeend het bij de bestaande regeling
van de bezoldigingen voor het personeel der landmacht reeds ten
deele toegepaste beginsel van rangsgewijze egalisatie voor verschil
lende wapens en diensten zoo ver mogelijk te moeten doortrekken.
931