Voor officieren vervallen de toelagen voor generaals en kolonels,
gewestelijke en plaatselijke militaire commandanten, officieren bij de
Artillerieinrichtingen, den secretaris der Permanente Militaire Spoor
wegcommissie, den Directeur der Hoefsmidschool en de officieren-
magazijnmeester, terwijl al dan niet gewijzigd behouden blijven
de toelagen voor subalterne officieren, die lesgeven aan den tac-
tischen cursus voor subalterne officieren van gezondheid, voor
subalterne officieren van gezondheid, die les geven aan den cursus
voor voortgezette militair geneeskundige studiën, voor officieren van
gezondheid bij het centraal militair geneeskundig laboratorium, voor
officieren-onderwijzer aan de leergangen voor de Nederlandsche taal,
voor officieren van den To ografischen Dienst en voor officieren
bij de vliegafdeeling.
Voor militairen beneden den rang van officier zijn de werkgelden
(behalve voor leerlingen) en voorts tal van toelagen en uitkeeringen
vervallen, o.a. voor verschillende betrekkingen bij de Artillerie, voor
wasschen en vullen van fournituren, voor schoenreparatie enz., doch
een groot aantal, b.v. voor remonteberijders, voor ongegradueerde
koks, voor militairen bij de vliegafdeeling, voor onderofficieren-
topograaf, voor instructeurs bij recruten enz. zijn—al dan niet gewijzigd
behouden gebleven, terwijl o.a. nieuw zijn ingevoerd toelagen voor
ziekenverplegers, die in het bezit zijn van het militair of het bonds-
diploma, en voor den stafmuzikant le klasse voor de politie
7. Naar het oordeel der commissie dienen de bezoldigingen
(maandelijksche traktementen of soldijen) van onderofficieren van
de verschillende rangen en landaarden geen verschillen aan te
wijzen tusschen gehuwden en ongehuwden, tenzij het vergoeding
geldt van door bijzondere diensten veroorzaakte uitgaven, welke
zwaarder op de gehuwden dan op de ongehuwden drukken, bijvoor
beeld bij afwezigheid op meerdaagsche oefening, excursie of ex
peditie. Hetzelfde geldt voor enkele categorieën van Europeesche
militairen beneden den rang van onderofficier, die in stede van op
soldij op maandelijksch traktement zijn of zullen worden gesteld.
Hunne bezoldigingen dienen derhalve te zijn gegrond op de be
hoeften van gehuwden.
Op dezen regel wenscht de commisie echter eene uitzondering
te zien gemaakt voor zeer jeugdige sergeanten le klasse (of hoo-
gere onderofficieren), die den leeftijd van 20 jaar nog niet hebben
bereikt. Voor hen acht zij eene bezoldiging, welke f 30 lager is
dan die aangegeven in de betrekkelijke bezoldigingsschaal voldoende,
zoolang zij ongehuwd zijn.
933