3. De officieren, die gerechtigd zijn tot het houden van een of meer dienstrijpaarden, genieten voor voeding, waardevermindering en verzekeringspremie een vergoeding van: 50.— per maand voor het eerste dienstrijpaard; 40. - tweede Bij oppassing door een militairen oppasser worden deze bedragen met f 10 verminderd. 4. Ter tegemoetkoming in de kosten van eerste aanschaffing wordt aan een officier voor elk dienstrijpaard, waarvan hij zich voor de eerste maal en dus zonder vroeger tot het houden daarvan gerechtigd te zijn geweest, voorziet, eene geldelijke vergoeding van ten hoogste f 500 toegekend. 5. De officieren van den Topografischen dienst genieten, met uitzondering van het Hoofd van den Dienst, een toelage van: 100.per maand voor majoors en luitenant-kolonels; 150.— subalterne officieren. Officieren, in of boven de vastgestelde sterkte, bij de oplei dingsbrigade in beproeving in afwachting hunner vaste plaat sing, genieten, nadat zij volgens een ter zake door het Hoofd van'den Topografischen dienst afgegeven verklaring met „nuttig werk" zijn belast, een toelage van f 100 per maand. 6. De officieren van de Luchtvaartafdeeling genieten een maan- delijksche toelage van: voor den commandant officier dienstdoende als ingenieur leerling-vliegenier vliegenier met internationaal brevet. vliegenier met militair bevet instructeur Voorts genieten zij per kwartier vlucht de volgende toelagen: leerling-vliegenier1- vliegenier en instructeur gewone vlucht. 2.— overlandvlucht en verken ningsvlucht bij oefeningen en manoeuvres 3.— 7. Het daggeld bij buitenwerk voor officieren, in of boven de formatie bij de opleidingsbrigade in beproeving of gedetacheerd, wordt gebracht van f 5 op f 6, terwijl de daggelden op dagen, waarop geen buitenwerk wordt verricht, vervallen. 100 1C0 75 150 200 250 940

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 404