Pensioenschaal voor militairen onderworpen aan het niet-
Europeesch militair pensioenreglement in indisch staatsblad
1910 No 170.
Na 20 dienstjaren (werkelijke jaren
In-
heemsche
troepen.
I
Voor een adjudant-onderofficier
sergeant-majoor
sergeant le klasse
brigadier
ongegradueerde van de
aanvullingstroepen
sergeant 2e klasse
korporaal le
ji >i 2e
soldaat le klasse
i» n )i 2e
f 1200 per jaar;
gesteld voor militairen beneden den rang van onderluitenant, die bij
afkeuring nog geen recht op tijdelijk of voortdurend pensioen
kunnen doen gelden
Voor den adjudant-onderofficier 275
sergant-majoor 225
Aanvuliings-
troepen.
Voor den sergeant le klassse f 175,
brigadier 60,
ongegradueerde 50,
sergeant 2e klasse 100,
Inheemsche korporaal le 90,
troepen. 2e 80,
soldaat le klasse 70,
t> 2e 60.
Bij de vaststelling van de bovenstaande bedragen heeft de com
missie rekening gehouden met hare voorstellen om aan de sergean
ten le klasse en hoogere onderofficieren geen gratificatiën bij het
verlaten van den dienst meer toe te kennen en om aan de sergean
ten 2e klasse en de inheemsche militairen beneden dien rang die
gratificatiën alleen toe te kennen, wanneer zij den dienst verlaten
met recht op voortdurend of tijdelijk pensioen.
957
1050
ft
ft
9:0
ff ft
ft
560
ft tf
ff
5C0
ft ft
91
400
ft
tf
300
ft ft
ff
260
f9 ft
ft
230
ft tf
>t
2C0
tf ft
voor
eens
voor-