Ik denk bijvaan, de studiereis, welke eenige Indische officieren
in opdracht van den Minister van Koloniën naar de slagvelden
nabij Verdun ondernemenook aan sommige posten op de bij
den Volksraad ingediende aanvullingsbegrooting, welke, evenals
die op de in het voorjaar behandelde begrooiing voor 1920, alleen
in een tf. V.-leger reden van btstaan hebben en dus moeten verval
len, indien het leger in een politieleger wordt omgezet.
De aanvullingsbegrooting brengt nu de volgende nieuwigheden:
1. Herziening van de bezoldiging van en toekenning van vergoe
ding van levensmiddelen aan de(n) assistent(e) bij het militair
geneeskundig laboratorium.
2. Toekenning van premiën en onderscheidingsteekenen voor de
telefonisten en van onderscheidingsteekenen voor peilers, hulp
peilers, waarnemers, seiners en autobestuurders.
3. Verplaatsing en verbetering van kazernes, bespoediging van de
overbrenging van den Artillerie-Constructiewinkel naar Bandoeng,
het oprichten van een semipermanent kampement op het school-
vliegveld te Kali Djati. De automobielcompagnie en de afdeeling
auto-artillerie te Bandoeng hebben nu veel kans eindelijk, d.w.z.
over twee jaar, behoorlijk gehuisvest te worden.
4. Toekenning van huishuurvergoeding aan de militaire verpleeg
sters en de(n> assistent(e) bij het militair geneeskundig la
boratorium.
5. Verbetering van de inkomsten van de verpleegsters bij de
militaire ziekeninrichtingen.
6. Herziening van de regeling omtrent de uitkeering van werk
gelden en toekenning van tabak en sirihgelden aan de veroor
deelden van allen landaard in de militaire sirafgevangenis te
Tjimahi.
7. Toekenning van gewijzigde toelagen aan leeraren in de mo
derne talen bij de militaire school te Meester Cornelis.
8. Tegemoetkoming voor de aanschaffing en het onderhoud van
huisraad aan gehuwde niet-Europeesche onderofficieren.
9. Reis- en verblijfkosten in verband met de wenschelijkheid om
voor de militaire reizigers beneden den rang van adjudant on
derofficier en hun gezinnen bij reizen over land, meer dan thans
mogelijk is, gebruik te maken van vervoermiddelen.
10. Oprichting van een militairen inlichtingsdienst bij den genera-
len staf ter vervanging van het thans bestaande „kantoor in
lichtingen". Aan het hoofd van den dienst komt te staan een
kapitein, majoor of luitenant-kolonel of burgerlijk ambtenaar.
1030