gelegenheden opnieuw te worden gebruikt; de tribune, voor de legerrevue gebezigd, was van zeer eenvoudigen bouwtrant en heeft zeer weinig gekost. 31. Omtrent de bestemming in de toekomst van het vliegterrein te Soekamiskin is nog geen beslissing genomen, Zulks zal echter binnenkort moeten geschieden naar aanleiding van een rapport be treffende een geologisch onderzoek van den bodem van dat terrein. In afwachting van die beslissing zijn de verdere werkzaamheden aldaar stopgezet. Intusschen is ten gevolge van de bouwvalligheid van het tijdelijk kampement der 17de Compagnie Artillerie dat verblijf ontruimd moeten worden en is die afdeeling voorloopig ondergebracht in de logiesgebouwen te Soekamiskin. Waar het nieuwe kampement nabij Semarang op ruim 7 palen afstand van de plaats is gelegen, wordt eene gebeurlijke legering te Soekamiskin op 5 paal van Bandoeng geen overwegend bezwaar geacht, indien daartoe mocht worden besloten ten einde de aldaar opgerichte gebouwen te kunnen benutten. 12. Bij de legerautoriteiten is niets bekend omtrent een soldaat, die in het Kedirische zou zijn doodgeschoten, evenmin dat een dergelijk voorval elders zou hebben plaats gehad. Inlichtingen ter zake kunnen dientengevolge ook niet worden verstrekt. 13. Volgens de vrijwel met elkander overeenstemmende inlich tingen, verstrekt door den Resident van Semarang en den Afdeelings- tevens Brigadecommandant te Magelang, is de toedracht der door de militairen te Willem 1 gepleegde ongeregeldheden de volgende Reeds eenigen tijd, vóórdat de ongeregeldheden plaats hadden, schijnt tusschen enkele militairen en Chineezen eene gespannen verhouding te hebben bestaan, waarvan de oorsprong echter nog in het duister ligt. Op 9 October wilde een Menadoneesch militair in de toko van een Chinees een doosje lucifers koopen en gaf daarvoor ter betaling een halven gulden; de Chinees gaf dit geldstuk terug, bewerende dat het valsch was. De soldaat nam daarmede geen genoegen, hield vol, dat de halve gulden echt was, en stond er op, dat de Chinees het geldstuk zou accepteeren en hem het restant zou uitbetalen. Hierdoor ontstond een relletje. De andere, mede in de toko aanwezige militairen trokken partij voor hun kameraad, sloegen enkele stopflesschen in de toko stuk, maar moesten aftrekken, daartoe gedwongen door eene menigte hun landgenoot te hulp gesnelde Chineezen, die hen nog met steenen nagooiden. Dit voorval schijnt de directe aanleiding te zijn geweest tot wat er op 10 October is gebeurd. Van 5 uur 's middags af kwamen mi litairen hoofdzakelijk Timoreezen, doch ook enkele Menado- neezen in groepjes van 3 tot 5 man aanzetten, totdat langzamer hand in de buurt van den passar volgens den Assistent-Resident van Salatiga 430, volgens den plaatselijk militairen commandant van Willem I103 soldaten bij elkaar waren. 1051

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 519