flanuulliiigsbegrooting Door 1920.
Tmeede nota uan Wijzigingen.
(Ileraorie nan Toelichtingen.
(Uitreksel)
Herziening van de militaire pensioenen en onderstanden 4.650 000.)
In Biilaee C van de eerste nota van wijzigingen op de aanvul-
lingsbegrooting voor 1920 werd aangeteekend, dat de voorstellen in
zake militaire pensioenen in behandeling zouden worden genomen
spoedig na het thans in overweging zijnd voorstel tot wijziginö
van den grondslag voor burgerlijk pensioen.
Eene mogelijke herziening van de voorstellen der militaire bezol
digingscommissie naar zoodanigen nieuwen grondslag vordert ev<en-
wel eenigen tijd en nauwgezette overweging in verband met de
verschilpunten tusschen de militaire en de burgelijke personeele be-
PaDegRnegeering geeft er daarom bij nader inzien de voorkeur aan-
reeds dadelijk bij de aanvullingsbegrooting voor 1920 ook met opzicht
tot de pensioenen rekening te houden met deoorsponkelijke voorstellen
van de militaire bezoldigingscommissie behoudens eenige hier
onder te vermelden afwijkingen terwijl het in de bedoeling ligt
om wanneer de overweging van dit onderwerp voor zoover even-
bedoelden nieuwen grondslag betreft, mocht leiden tot nadere ve -
hooging der miltiaire pensioenen, daaraan terugwerkende kracht te
ver leen er. tot het tijdstip van ingang der civiele verhooging
De door de Regeering noodig geoordeelde a^
door de militaire bezoldigingscommissie in Hoofdstuk V van haar
verslag gedane voorstellen betreffen de volgende punten
De Commissie heeft de pensioenen voor kapiteins, hoofdofficieren
en generaais majoor berekend naar den grondslag van het !)"taa"^
Furooeesch burgerlijk pensioenreglement en over diensttijden na
welke voDens eene statistiek over de jaren 1894 tot en met 1918
de hoogere"rang wordt bereikt en na welke zij, die niet voor be-^
vordering in aanmerking komen, - gedwongen zijn het Leger te
VeVooern'den kapitein werd op die wijze een bedrag becijferd van
f 2 747 en voor den majoor van f3 660.
Niettemin heeft de commissie voor de kapiteinsen voor de 1ma
joors pensioenen voorgesteld van onderscheidenlijk f 3.000 en f 3.800
b i^Regeering kan zich hiermede niet vereenigen mede in aanmer
king geromen, dat speciaal de pensioenen voor kapiteins en majoors
1072