Een lid vroeg, of er geen aanleiding bestaat den Generalen Staf af te schaffen, wanneer overeenkomstig de beslissingen van den Volkerenbond het leger enkel de beteekenis van een politieleger Za<jaarne zag men toegelicht, waarvoor de uitbreiding van het per soneel van het Hoofdkantoor van den Generalen Staf met een ka pitein noodig was. Onderafdeeling 350. Verdere uitgaven voor het Departement van °Door een lid werd verondersteld, dat er vanwege het Legerbestuur een ongewenschte controle wordt uitgeoefend op den inhoud van het Ind. Mil. Tijdschrift, gezien de overplaatsingen bij wijze van straf van een tweetal redacteuren in 1913 en 1914. De stichting van boekerijen ook voor niet- Europeesche militairen werd door sommige leden wenschelijk geacht. Onderafdeeling 359. Bezoldiging, toelagen, Iconen, grafischen dienst, Sommige leden hun oordeel baseerend op de beschouwingen van den Oud-Majoor Van Roon in „Koloniale Studiën (Aprd-af'evering 1919) achtten een afscheiding van den Topografischen Dienst van het Departement van Oorlog gewenscht Enkele leden wezen er op, welk prachtig werk deze dienst levert, waarom men huiverig was veranderingen aan te brengen, die mis schien geen verbeteringen zouden blijken te zijn. Q„c„h:,,AnH„ Er werd aangedrongen op meer overleg tusschen de verschillende diensten, die thans elk afzonderlijk opmetingen doenverrichte": Enkele leden bepleitten de wenschelijkheid van positie-verbetering van het inlandsch personeel bij dezen dienst. Onderafdeeling 365. Bezoldigingen van de commiezen en de bur gerlijke schrijvers op de kantoren van het leger. Men merkte op, dat het niet aangaat om incidenteel tal van positieverbeteringen in te voeren in afwachting van de adviezen der bezoldigingscommissies. Van andere zijde werd gevreesd, dat urgente herzieningen teveel zouden worden vertraagd, als men op die adviezen zou moeten wachten, waarvan het bovendien niet zeker is, of ze tot uitvoering zullen komen. Onderafdeeling 371. Bezoldigingen, enz. van het wapen der infan- terie Gevraagd werd, hoeveel Afrikaansche pupillen begrepen zijn onder het aantal 20 vermeld op blz. 23 in de kolom „Toelichtingen Onderafdeeling 373. Bezoldigingen enz., van het wapen der ca- valeric Aangedrongen werd op afschaffing van de cavalerie. Het is een paradewapen, dat imponeert, doch geen reëel nut meer neett, in oorlogstijd kan bovendien het paardenmateriaal, dat uit den vreemde 596

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 54