Tegen de invoering van eene commercieele boekhouding bij de Artillerie-inrichtingen bestaat geen enkel bezwaarvoor het oogenblik laten de werkzaamheden van den gouvernements-accountantsdienst echter niet toe werkkrachten beschikbaar te stellen om de invoering eener zoodanige boekhouding reeds thans ter hand te nemen. Ten slotte wordt opgemerkt, dat het volstrekt niet uitgesloten is, dat wanneer in de toekomst de organisatie van het leger h.t.l. een vaster vorm zal hebben aangenomen, dan thans het geval is, en de artillerie-inrichtingen te Bandoeng vereenigd zullen zijn, eene reor ganisatie van de leiding daarvan zal worden overwogen, zij het dan ook, dat eene Directie onafhankelijk van eene controleerende legerautoriteit, zeer waarschijnlijk niet zal worden aanbevolen. Onder af deelingen 378. Onderdeel c. Toelagen aan de gewezen officieren van het opgeheven Pakoe Alamsche legioen te Djokjakarta. Omtrent de vraag, of het geen aanbeveling zou verdienen het Pakoe Alamsche Legioen, dat in 1892 werd opgeheven, thans wederom in te stellen, kan worden gezegd, dat daartoe op grond van militaire overwegingen geene aanleiding bestaat. In aanvoering en oefening staan dergelijke hulptroepen in militaire waarde veelal ten achter bij onderdeelen van het leger, waarom zij ook nimmer tot stand zullen mogen komen ten koste van de sterkte van de eigenlijke strijdmacht. Dat bedoelde korpsen weinig kostbaar zijn en naar evenredigheid zelfs minder kosten dan gewapende politie, mag waar zijn, doch bij de samenstelling van de weermacht moet in de eerste plaats op doelmatigheid en eerst daaran op de kosten worden gelet. In militair opzicht, in hunne waarde voor het leger als strijdmiddel tegen een goed georganisseerden vijand, zullen dergelijke korpsen vermoedelijk van mindere hoedanigheid blijken dan de inlandsche militiekorpsen van het Leger. Onderafdeeling 380. Bezoldigingen enz. van het remontedepöt Deze opmerking zal worden onderzocht. Onderafdeeling 381. Verdere uitgaven voor de remonte. De remontepaarden worden bij het Remonte-Depot gedurende ongeveer een jaar verpleegd, handelbaar gemaakt, geweid, bestegen en teugelwijs gemaakt en hebben dus tijd goed te acclimatiseeren alvorens bij de Depöis der bereden wapens daadwerkelijk voor hun taak te worden afgericht. Door deze maatregelen worden de krachten der paarden zoodanig ontwikkeld, dat verscheidene tot 17 a 18, sommige tot 20, 21 en een enkele tot 22 jarigen leeftijd alle diensten verrichten. Het reform percentage neemt dan ook geleidelijk af. Onderafdeeling 382, Gevraagd werd, waarom de Europeesche con ducteurs door Inlandsche burgerpersonen zullen worden vervangen. Deze vervanging had plaats, omdat de aanvulling van de Euro peesche conducteurs in verband met de slechte aanvulling van het Europeesche element in het Indische leger niet meer verzekerd is te achten. 627

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1919 | | pagina 85