Onderajdeeling 384. Geniewerken.
a. ie. Het hekwerk om de woning van den legercommandant
is inderdaad in October 1916 betaald uit de defensiefondsen
Bij Gouvernementsbesluit dd. 14 Maart 1914 No. 40 werd voor
den bouw van de onderwerpelijke woning een bedrag toegestaan
van totaal 250 424. Ter bezuiniging op dit werk werd later een
gewijzigd ontwerp opgemaakt, dat bij Gouvernementsbesluit van
12 December 1914 No 30 werd goedgekeurd en waarvan de totaal
koster. bedroegen 204,344. De gedachte bezuiniging van ƒ46 080
kon als gevolg van onvoorziene omstandigheden intusschen slechts
ten dtele worden verkregen, waardoor bij het einde van het werk
een tekort werd geconstateerd, waarin ten onrechte werd voorzien
door de kosten van het ontworpen hekwerk te voldoen uit de
defensiefondsen, instede van hiervoor op de gebruikelijke wijze aan
vulling te vragen aan de Regeering.
2e. Het is der Regeering niet bekend, of hooggeplaatste officieren
geïnteresseerd zijn in de steenenfabriek te Nagrek. In verband met
het bepaalde in II van de ordonnantie van 9 April 1904 (Staats
blad No. 199) is de Regeering ook niet bereid daarnaar een onder
zoek in te stellen.
b. De kazerne voor de vrijwilligers te Bandoeng komt geheel
overeen met de naastgelegen kazerne voor de miliciens. Alleen is
deze laatste na het tot stand komen van enkele verbouwingen vóór
het in gebruik stellen als militiekazerne opnieuw geverfd en gewit
en werden de bijgebouwen verbeterd. Bij de overige kazernes en
de daarbij behoorende bijgebouwen zal hiermede zijn te wachten
tot de reorganisatie der infanterie en daarmede mogelijke samen
hangende verbouwingen haar beslag zullen hebben gekregen.
Wordt wellicht gedoeld op de kazernen voor de artillerietroepen,
dan kan worden medegedeeld, dat een geheel nieuw kampement
voor de vrijwilligers moet worden gebouwd, doch dat de kosten
daarvan met de oog op den minder gunstigen stand der eindcijfers
op deze begrooting moesten worden geschrapt.
c. Een bedrag van 35.000.— voor onderhoud van het vlieg
kamp te Soeka-Miskin werd hoog genoemd.
c. Van dit bedrag is 5000.bestemd voor het gewoon onder
houd van de op Java ingerichte noodlandingsterreinèn. Van de ei
genlijke onderhoudswerkzaamheden aan het vliegkamp is een be
drag van 5000.— benoodigd, terwijl het overblijvende bedrag,
groot 25C00 besterad is om de vliegbanen en het terrein tus-
schen en naast die banen door het opbrengen van een zandlaag
ook in den regentijd in behoorlijken staat te houden.
Eigenlijk is deze som te rekenen onder de aanlegkosten, daar ge
durende dezen westmoesson is gebleken, dat een zandlaag oorspron
kelijk op de begrooting gebracht, doch daarvan als niet bepaald
noodig geschrapt, onontbeerlijk is, wil de gebruiks-zekerheid van
het terrein in den regentijd gewaarborgd zijn. Nader zullen gelden
worden aangevraagd, om de onvermijdelijk gebleken voorziening
over het geheele terrein aan te brengen.
628