De Officiersopleiding.
dÉD
dl]
Veel is er reeds geschreven over de officiersopleiding; eminente
koppen hebben er hun gedachten over laten gaan, staatscommissies
hebben maanden en maanden lang gearbeid aan de oplossing van
het vraagstuk en links en rechts is men bij de verschillende mo
gendheden te gast geweest om de stelsels aldaar te bestudeeren.
Alle ideeën echter kwamen in den grond der zaak op hetzelfde
neer, n.l. de opleiding mocht niet te veel tijd in beslag nemen.
Het noodzakelijke gevolg ervan is dan ook geweest, dat men
algemeen voelde, dat de programma's overbelast waren in verband
met den te kosten tijd.
Voor de opleiding voor officieren van de Infanterie en Cavalerie
gold dit niet zoozeer als voor die van de Artillerie en Genie.
Algemeen was men van meening, dat de opleiding vereenvou
digd moest worden, wilde men den tijd benoodigd voor de oplei
ding niet uitbreiden. Vakken, welke geen direct nut afwierpen,
wenschte men vervallen te zien of teruggedrongen tot een kleiner
bestek.
Al moge het echter waar zijn, dat dit beginsel voor de opleiding
vóór den oorlog algemeen ingang vond en men met verlangen naar
die vereenvoudiging uitzag en al moge het ook waar zijn, dat ge
durende den oorlog onder den druk der omstandigheden een vereen
voudiging der opleiding is ingevoerd geworden, thans, nu we aan het
einde zijn van den vierjarigen krijg, begint men te voelen, dat men
met die vereenvoudiging de ingewikkelde problemen, die zich in
een modernen oorlog kunnen voordoen, niet meer volledig kan
oplossen, laat sta?.n de stof, waarvan de kennis van die problemen
vereischt wordt, volkomen beheerschen. Endit laatste is toch
een eerste eisch, voor den officier, hij zij hoog of laag geplaatst.
Zeer zeker heeft de oorlog ons getoond, dat evenals in alle voor
gaande, het zwaartepunt ligt in de karaktereigenschappen van de
aanvoerders, van de menschen in het algemeen, d. w. z. dat de
meeste successen zijn behaald door de mannen van karakter.
1003