En hij schrijft dit toe aan gebrek aan oefening in vredestijd en gebrekkige technische uitrusting (8 telefonen en 12 K.M. draad per afdeeling veldartillerie), terwijl volgens hem, „die französischen „Bestimmungen vor alle bezwecken, die Verbindung zwi- „schen beiden Waffen, durch ein gut durchdachtes System von „Verbindungen zu erleichtern, nachdem die höhere Führung die „gemeinsamen Aufgaben bezeichnet und der Infanterie die Trup- „penteile der Artillerie angegeben hatte, die zu ihrer Unterstüt- „zung bestimmt seien." Waaruit vanzelf blijkt, waarin het Duitsche Reglement, de Duit- sche vredesopleiding en de Duitsche Artillerieuitrusting te kort zijn geschoten; doch overigens de juistheid van de voorgeschreven schei ding der bevoegdheden (punt 364 a) niet wordt aangetast. Bandoeng, December 1919. G. Th. Slothouber, Kapitein der Artillerie. 139

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 41