vaak achter dat uitwendig masker van grootheid een groote
leegte en een gevoel van geheel alleen staan en gemis aan
steun ligt. Worden onze jonge soldaten niet te veel aan hun
lot overgelaten? Zij zijn het, die over een tiental jaren de kern
van het leger moéten vormen, en alle maatregelen om deze
menschen aan de geregelde maatschappij te binden moeten te
baat worden genomen. En ik geloof niet, dat men hier voor
een ondankbare taak staat. Vaak is mij gebleken, dat de geboden
hulp en raad dankbaar wordt aanvaard, en eenige uitzonderingen
op dezen regel mogen niet de groote massa verkeerd doen be-
oordeelen. Alles, wat de jonge militair kan afhouden van den
zoo gemakkelijk voor hem te volgen weg, moet met volle hand
worden aangegrepen. (Cursussen verspreiding lectuur ver-
eenigingsleven— ontwikkelings-en ontspanningscomités-lezin
gen over bestrijding van geslachtziekten sport verspreiding
van brochures over geslachtsziekten en hunne gevolgen).
Een tweede belangrijke zaak is een nog moeielijker te bestrij
den gevaar, de „kampong". Wat baat het den militairen genees
kundigen dienst den militair geslachts-ziekten-vrij gemaakt te
hebben, als men de zekerheid heeft, dat buiten Uw bereik een
onafzienbaar heir klaar staat om voor de somma van eenige dub
beltjes den pas herstelden man weer voor geruimen tijd te infec-
teeren en zijn moreel een nieuwen schok toe te brengen, welke
hem op den duur op het gemiddelde peil van den ouden fuse
lier brengt, waarvan men zeggen kan: „Als je denkt, dat het
syphilis is, dan is het ook zoo, en als je denkt, dat het geen
syphilis is dan is het het toch". Tegenover dit gevaar, hetwelk
ook voor de burgermaatschappij, zij het dan ook in veel mindere
mate, geldt, zal de wetgever ter gelegener tijd toch weer een
ander standpunt dienen in te nemen en de noodzakelijkheid van
tenminste eenige reglementeering doet zich alom voelen. Daar
over uit te weiden zou mijn schrijven te lang maken, maar zeg
gen: ik spreek niet over prostitutie, ik doe mijn oogen stijfdicht,
dus is er ook geen prostitutie, is een systeem, hetwelk nu reeds
zijn kwade gevolgen na zich sleept. Zonder controle gaat men
snel bergafwaarts"
Tot zoover het artikel van Dr. Hermans. Maar belangrijk is nog
het naschrift, dat hij daaronder vermeldt:
„Zoo juist bereikt mij het rapport over de bestrijding der ge
slachtsziekten van een commissie van den centralen gezond
heidsraad in Nederland met machtiging van den Minister van
Arbeid gepubliceerd. De in dat rapport gemaakte conclusies,
welke voor ons leger ook van belang zijn, laat ik hier volgen
ze verdienen onze overweging ten volle:
a. De bestrijding moet in de eerste plaats gericht zijn op het uit
roeien van de haarden en het afsluiten van de wegen van
besmetting.
b. Nagestreefd moet worden een centraal-georganiseerde, breed
opgezette actie tot voorlichting en waarschuwing van de massa
des volks.
156