Die soldatenbond is tot stand gekomen in de maand Februari 1918 naar aanleiding van een redevoering gehouden door den heer Sneevliet, getiteld „Imperialisme", waartoe de soldaten middels een strooibiljet, waaraan was toegevoegd een artikel van den heer Brandste- der, getiteld: „Menschenvernietiging in vredestijd", waren uitgenoodigd. Na afloop van de vergadering, waarin verschillende zeer tenden tieuze onderwerpen werden besproken en waarin het beleid van de Regeering fel is bekritiseerd geworden, werden de soldaten door den heer Brandsteder uitgenoodigd om zich met hem te vereenigen in een ander deel van het gebouw, dan dat waarin de lezing was gehouden. De heer Brandsteder heeft toen aan de soldaten uitgelegd, dat zij zich moesten vereenigen om door samenwerking macht te kunnen uitoefenen op de autoriteiten en langs dien weg lotsverbetering te kunnen afdwingen. Maar van den aanvang af heeft hij zich opgeworpen als leider van dien bond, in de eerste plaats door mede te deelen, dat hij was leider van den marine-bond en dat een vereeniging van die twee zoo gunstig zou werken. In de tweede plaats 'door aan de soldaten het bondslokaal van de marine af te staan voor hun samenkomsten. In de derde plaats door het op wekken om voor gemeenschappelijke rekening een courant uit te geven, waarin hij zijn beginselen zou propageeren. Er zijn door verschillende personen omtrent i et verder verloop van deze zaak verklaringen afgelegd, die ik niet uit mijn herinnering wil citeeren, maar die ik indien de Voorzitter mij dat toestaat zal voorlezen. „Onder Brandsteders auspiciën werd toen dadelijk het hoofd bestuur samengesteld, d.w.z. nadat de militairen, die daartoe waren aangezocht, te Soerabaja met vergunning van den plaat selijken commandant tweemaal hadden vergaderd, om te komen tot de oprichting van een vereeniging dat aanvankelijk geheim bleef. Bestuursleden, welke niet handelden in zijn geest of naar zijn inzichten, verving hij door anderen, zelfs wanneer zulks niet de instemming had van de overige hoofdbestuursleden". De heer Bergmeijer: Democratisch 1 De heer Van Rietschoten, Commandant van het Leger, Hoofd van het Departement van Oorlog: Hoe en in welke richting hij zijn taak opvatte, kan blijken uit de volgende aanhalingen. „Van den aanvang af heeft Brandsteder een nauwer, band ge legd en onderhouden tusschen den bond en de I.S. D. P.hij volgde Sneevliet en Baars. Alle actie, welke in die richting werd gevoerd, ging van hem uit, nimmer van de militairen. Het hoofdbestuur bestond, doch werken deed het niet. Alleen voerde de secretaris correspondentie met de afdeelingen. Zelfs de hoofdbestuursmededeelingen in de soldatenkrant werden ge redigeerd en geplaatst door Brandsteder, dikwijls zonder mede weten van het hoofdbestuur. Ingezonden stukken werden door hem naar willekeur ge- gewijzigd, dikwijls zoo, dat de inhoud geheel verschilde van den oorspronkelijken. 177

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 79