Een en ander oner den verbindingsdienst in het algemeen en oner dien tusscben infanterie en artillerie in het bijzonder. Het is niet zonder schroom, dat ik mij er toe zet om over dit onderwerp, dat door zooveel bekwamer pennen reeds .behandeld werd, een en ander mede te deelen. En ik zou er zeker niet toe zijn overgegaan, ware het niet, dat ik door mijn vorigen werkkring in Nederland de gelegenheid had, de nieuwste gegevens der oorlog voerenden te bestudeeren en het mij een plicht toeschijnt deze, althans voor zoover ze voor publicatie in aanmerking mogen komen, ter kennis van het Indische officierskorps te brengen. Er is hier nog zoo weinig omtrent verschillende detailzaken van den grooten oorlog bekend, dat het in ruimer kring verspreiden van verschillende gegevens ook door de redactie van dit tijdschrift, blijkens haren oproep, wenschelijk geacht en op prijs gesteld wordt Met het trekken van conclusies ten opzichte van ons leger zij men echter zeer voorzichtig. Het verschil tusschen een Euiopeeschen stellingooilog en een Indischen bewegingskrijg is zoo groot, dat ik mij slechts angstvallig aan enkele beschouwingen waag. Wellicht, dat meerbevoegden kans zien uit de hiergenoemde daadzaken voor het moeilijke vraagstuk der verbinding eene eenvoudige en practi- sche oplossing te vinding Vóór het uitbreken van den oorlog was de verbindingsdienst bij de veldlegers stiefmoederlijk bedeeld, vergeleken bij tegenwoordig. Behalve wat seiners bij de korpsen had men per divisie een telefoon- en per legerkorps een telegraafafdeeling, beide tot het wapen der genie behoörende. De oorlog toonde spoedig overtuigend aan, hoe groot de behoefte ook bij de kleinere onderdeelen als bataljons, compagnieën, batterijen enz. is, om te beschikken over behoorlijke verbindingsmiddelen. En men ziet dan ook alterwege uitbreiding, zoowel van personeel als materieel, terwijl per regiment speciale officieren met de leiding en het toezicht over deze aangelegenheden werden belast. In Duitschland treft men thans per infanterieregiment een Infante- rie-Nachrichten-Abteilung (Ina) aan, bestaande uit 4 telefoonsecties 247

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 35