Toelichting.
Het is de bedoeling den nog aanwezigen officieren-magazijn
meesters hetzelfde salaris te verzekeren als de Europeesche
officieren van de andere wapens en diensten (beh. van den
geneesk. dienst").
Zooals in de Memorie van Antwoord reeds is medegedeeld, heeft
de Regeering tegen de aanneming van dit amendement slechts één
principieel bezwaar en dat is, dat daardoor noodzakelijkerwijze de
bezoldigingen van de burgerlijke magazijnmeesters bij het departement
van oorlog eveneens zullen moeten worden verhoogd, en omdat de
Regeering voor de verhooging van deze bezoldigingen geen termen
aanwezig acht, ook de gelijkstelling van de bezoldigingen van de
officieren-magazijnmeesters met die van de overige niet aanbeveelt.
Een bepaalde noodzakelijkheid voor die gelijkstelling is niet gebleken.
Moeilijk kan de door de Regeering voorgestelde regeling door de
betrokkenen als een achteruitstelling worden beschouwd, omdat de
bezoldigingen van de magazijnmeesters steeds, voor zoover bekend
is, lager zijn geweest dan die van de overige officieren. Wordt het
amendement dus aan- en overgenomen, dan zal dit tot gevolg moeten
hebben, al is het niet dadelijk, een voorstel tot verhooging van de
bezoldigingen van de burgelijke magazijnmeesters bij het departement
van oorlog. Daar komt nog bij, dat onder die magazijnmeesters zich
3 oud-officieren magazijnmeesters bevinden, die indertijd in burger
lijken dienst zijn overgegaan, zonder dat hun dat voordeel gaf en
die thans zouden gedupeerd zijn door het eenvoudige feit, dat zij
den militairen rok hebben uitgetrokken, en alleen hierdoor lager
zouden worden gesteld dan hun militaire ambtgenooten, hoewel zij
bij hetzelfde departement en in dezelfde dienstbetrekking zijn werk
zaam gebleven.
Verder is een motie ingediend door de heeren Bergmeijer, Suys,
Valkenburg, Soselisa, Laoh, Vreede en Schmutzer, luidende:
„De Volksraad, van oordeel, dat bij het toekennen van grati
ficatiën, toelagen en dergelijke, waarbij met de grootte van
het gezin wordt gerekend, een beperking dier toelagen tot
voor slechts twee kinderen moet worden afgekeurd, noodigt de
Regeering uit de regeling dier toelagen te herzien in dier voege,
dat met alle wettige of gewettigde kinderen beneden een ze
keren leeftijd wordt rekening gehouden en gaat over tot de
orde van den dag".
De nadere toelichting, die de heer Bergmeijer en anderen hebben
gegeven, leidde mij tot de misschien verkeerde gevolgtrekking dat
het hoofdbezwaar van den heer Bergmeijer ligt in het feit, dat ge
sproken wordt van 2 kinderen. Ik geloof, dat het een eenvoudige
oplossing zou zijn, indien de term „2 kinderen" werd gewijzigd in
„2 of meer kinderen" en de toelagen zoodanig werden geregeld, dat
voor een kind iets minder dan de helft, voor twee of meer kinderen
het volle voorgestelde bedrag werd toegekend. Voorloopig zou toch
niet kunnen worden aangegeven, tot welke uitgaven de aanvaarding
van dit amendement zou leiden, daar thans met geen mogelijkheid
de financiëele gevolgen daarvan zijn te benaderen.
446