Bij de eischen voor scherpschutter zal ook de vaardigheid in het
treffen van laatstgenoemde schijven als maatstaf moeten genomen
wordenhetzelfde geldt voor het prijsschieten.
Het boven aangegeven systeem zal natuurlijk meer patronen kosten,
dan thans zijn toegestaan.
In aansluiting met bovenstaande opmerkingen betreffende de schiet
oefeningen nog iets over de voor het uitkeeren van premiën be
schikbaar gestelde bedragen.
Tarief 46c, 28 geeft, hoewel zulks reeds lang ontoereikend is
gebleken, nog steeds f 0.055 per man en per maand, voor wat be
treft de geoefende schutters. Het V S.l. zegt, dat het bedrag ,a'' in
den regel niet grooter dan f 0 02s zal kunnen zijn. De practijk
heeft bewezen, dat het V.S1. daarin gelijk heeft en zelfs meer dan
wenschelijk. Het bedrag „a" kan bijna nooit f 0.025 wezen. Blijk
baar wordt er beter geschoten, dan verwacht werd een verblij
dend verschijnsel. Doch die blijdschap wordt min of meer geneu
traliseerd, doordat dit betere schieten geapprecieerd moet worden
door vermindering van de belooning, tevens aanmoediging. Ik heb
bij een veldbataljon gezien, dat een der compagniescommandanten
al spoedig na invoering van het V.S I. genoodzaakt was, „a" te redu-
ceeren tot f 0.005, zegge een halven cent, en toen nog moest vree
zen, dat hij na eenigen tijd de betaling zou moeten staken, en dat
een andere compagniescommandant, die wat roijaler beloonde,
af en toe een tijd lang heelemaal geen premiën kon toekennen. Ik
voor mij had weer een andere methode uitgedacht en liet alleen de
premieverhoogingen uitkeeren, en dan met a f 0.025; bij voldoen
aan de voorwaarden, zonder meer, had de schutter het recht tevre
den te zijn over zichzelf, en daar moest hij 't maar mee doen. En
als we alle in bijl. VII genoemde premiën hadden willen uitbetalen,
zouden we met ons drieën failliet gegaan zijn. Ik heb geen reden
om aan te nemen, dat onze compagnieën beter schoten dan de
overige infanterieoveral zal 't dus wel misère wezen.
Men zou m.i. gevoegelijk kunnen uitgaan van het beginsel, dat
voldoen aan de redelijk gestelde eischen geen bijzondere praestatie
is en dus geen recht geeft op belooning, zoodat alleen premiën
worden toegekend voor betere resultaten, zooals door mij gedaan
werd (zie boven), al was het dan niet op grond van deze overwe
ging. Het V.S.I. zou dan in dien zin gewijzigd dienen te worden.
Anders zal het desbetreffende tarief veranderd moeten worden, en
het bedrag van f 0.055 per man en per maand gebracht moeten
worden op f 0.15 of daaromtrent. H. C. Creutz Lechleitner,
Januari '20 Kapitein der Infanterie.
373
1. M. T. 24, 1920.