pensioen de opleidingstijd en de tijd met buitenlandsch verlof
doorgebracht niet op dezelfde wijze in rekening gebracht, als zulks
bij de burgerlijke ambtenaren geschiedt.
Vergelijkt men de pensioenen voor de hoogere officiersrangen
voorgesteld op overeenkomstige wijze met die der burgerlijke lands
dienaren van gelijken diensttijd, dan komt men tot dezelfde uitkomsten.
(Jok heeft de heer Van der Jagt gezegd, dat volgens deze voor
stellen de pensioenen van sommige officieren met 50 pCt verhooed
worden. 5
De heer Van der Jagt: Mag ik U even in de rede vallen,
Excellentie Ik heb van de pensioenen niets gezegdik heb alleen
gezegd, dat de tractementen van de kapiteins meer dan 50 pCt
naar boven gegaan.
De heer Van Rietschoten, Commandant van het leger en
Hoofd van het departement van Oorlog Dan heb ik mij verkeerd
uitgedrukt, maar wat U daar zegt, is juist. Er zijn twee gevallen
waarin de tractementgn met meer dan 50 pCt vermeerderd worden'
nl voor den luitenant na 5 jaren dienst en voor den kapitein na
dl jaren dienst. Wat betreft de kapiteins, die 21 jaar dienst
hebben en voor wie een eindbezoldiging is voorgesteld van f 900
kan ik mededeelen, Mijnheer de Voorzitter, dat, wanneer de nieuwe
bezoldigingsregeling op het oogenblik ingevoerd was, dan van de on
geveer 300 kapiteins, er 9 zouden zijn, allen geschikt geoordeeld
voor den majoorsrang, doch daartoe nog niet bevorderd, die "dit
eindtractement voor den kapitein zouden genieten
De heer Van der Jagt heeft verder gezegd, dat de bestuursamb-
tenaren, die militieplichtig zijn, ook in de loopgraven komen. Dat
is natuurlijk voor alle landsdienaren het geval.
Tegenover al de voordeelen, die officieren zouden genieten in
tegenstelling met de ambtenaren B. B. zooals bijv. het wonen' in
groote plaatsen, waardoor men schouwburgen en bioscopen kan
bezoeken, moet ik mijn ervaring stellen, dat de officieren, die op
de hoofdplaatsen wor.en, in het .algemeen geen geld aan onnoodige
uitgaven kunnen besteden. Echter heeft de heer Van der Jagt
verzuimd de in het oog loopende voordeelen te noemen, welke de
ambtenaren bij het binnenlandsch bestuur boven de officieren hebben
hoewel er meerdere zijn op te sommen. Ik ben er nooit afgunstig
op geweest, Mijnheer de Voorzitter, en ik wil alleen daartoe ge
dwongen over één voordeel sprekenmijn eigen betrekking verkies
ik boven elke andere en ik heb nooit in 't bijzonder een bijzondere
studie gemaakt van de voor- en nadeelen, welke aan elke betrekking
zijn verbonden. Een van de belangrijke voordeelen van de ambte
naren bij het binnenlandsch bestuur boven de officieren is dit, dat
de eersten een veel grootere kans hebben om te komen in de
hoogere en beter bezoldigde rangen als gevolg daarvan ook veel
eerder die hoogere rangen bereiken.
Ik heb gisteren de moeite genomen om enkele cijfers dienaan
gaande te verzamelen, Mijnheer de Voorzitter, en ik ben daarbij
ut conc'us'e gekomen, dat wanneer men neemt de bestuurs
ambtenaren op Java en de buitengewesten, die op 1 Januari van dit
391