valsvorm der infanterie bijzaak, mits zij slechts dicht achter de vuurwals vo'gt. Bij voorkeur bezigden zij smalle colonnes en terecht, daar op die wijze de minste verliezen geleden werden door de scherven van de eigen artillerie. Evenals de Duitschers vreesden ook de Engelschen, dat bij den troep een neiging zou ontstaan de waarde van de handgranaten ten opzichte van het geweer te overschatten. „Es kann nicht genug „betont werden, dasz Gewehr und Bajonett die Hauptwaffen der „Infanterie sind und dasz nicht genug in ihrem Gebrauch geübt „werden kann. Im offenen Gelande kraftig geführte Angriffe mit „Gewehr und Bajonett, gut unterstützt durch Artillerie, werden „immer gelingen, wahrend Handgranatenkampfe in den Graben, „selbst wenn kraftig geführt und gut unterstützt von der Artillerie, „niemals einen wirklichen Fortschritt machen." Zeer werkzaam bleken de gaswerpers. Dit zijn buizen, waaruit gascylinders worden geworpen. De buizen worden in den grond gegraven. Een compagnie bestaat uit 5 secties, waarvan 2 rusten. Iedere sectie graaft 3 0 buizen in 6 rijen, tusschenruimte 2-l M, afstand der rijen 10 M. Elke bom bevat 13 kg phosgen, dan wel een mengsel van chlorikrin en tintetrachlorid. Een bijzondere taak hadden de tanks. Deze konden slooten van 3 M. breedte en hellingen van 1 2 overwinnen. Hindernissen hier voor waren alleen dichte bosschen, diep ingesneden holle wegen, natte trechtervelden en moerassige slooten. Als snelheid werd opgegeven100 M per minuut op vlak terrein en wegen, in loop gaven terrein 35 M. en 's nachts 15 M. Ze bewezen vooral dienst bij het opruimen van hindernissen. Hun taak was de vijandelijke infanterie zoolang in de loopgraven te houden tot de eigen infanterie aangekomen was. Daartoe traden zij op met een voorhoede van 4-8 zelfstandige tanks gevolgd door 8-12 in onderling verband. Achter elke tank volgde een sectie infanterie. De aanvallen met tanks geschieden zonder artillerievoorbereiding en vooral als de verrassing op den voorgrond trad. Volgens Balck zou de bevolen aanvalsmethode in Juli '18, toen zij voor het eerste werd toegepast, niet geheel voldaan hebben, en gewijzigd zijn in dien zin, dat zij meer op de Duitsche ging gelij ken. Men wenschte meer bewegingsvrijheid en wilde voorts even- tueele tegenaanvallen door versche divisiën doen keeren. De golven werden afgeschaft en nu opgerukt in „artillerieformatie", n. 1. de groepen der sectie in ruitvorm met eenen uit de flank i J i Na den succesvollen tegenaanval op 18 Juli begonnen de Engelschen den 8 Augustus een grooten verrassenden aanval. Na door schijn- voorbereidingen in Vlaanderen de Duitschers te hebben misleid, werd in de linie Albert-Moreuil een aanval met sterke tankeskaders gedaan na een zeer korte artillerievoorbereiding. De Duitschers werden geheel verrast, divisiestaven door tanks in hun kwartieren gevangen genomen. Tegenover het bericht van het Maarschalk HAIG, dat 13 Engel- sche divisies 20 Duitsche versloegen en 220C0 gevangenen en 400 kanonnen veroverden, merkt Balck op, dat daar 400 tanks bij waren, 550

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 100