No: 186.
AFSCHRIFT.
Het Hoog Militair Gerechtshof van Nederlandse h-
I n d i
Gepronuntieerd op heden, Zaterdag, den 17en April 1920, ten
overstaan van twee officieren-commissarissen uit den Krijgsraad,
in bijzijn van den Auditeur-tylilitair in tegenwoordigheid van den
klager en onmiddellijk daarop geexecuteerd.
De Auditeur-Militair te Magelang,
(w g.) Blom.
Gezien de dispositie van den krijgsraad te Magelang ddo. 28 Februari
192 waarbij Wiriopawiro algemeen stamboek No. 93111, oud 26
jaren, geboren te Semapit Koeta Ardjo (Kedoe), laatstelijk dienende
als inlandsch kanonnier 2e klasse bij de afdeeling Bergartillerie te
Banjoe-Biroe, a geheel en al ongegrond is verklaard in zijn klacht
over de hem opgelegde straf van plaatsing in de 2de klas van mi
litaire discipline hem op 23 lanuari 1920 opgelegd door VAN Drim-
melen, kapitein Wd. korpscommandant met omschrijvende reden,
b. straf en strafreden gehandhaafd zijn, c. verklaard is, dat de door
den klager gedane klacht dermate ongegrond en lichtvaardig is, dat
zij aan verregaande oneerbiedigheid moet worden toegeschreven,
d gelast is, dat een afschrift van de beschikking aan de bevoegde
disciplinaire autoriteit zal worden toegezonden met opdracht klager
ingevolge de wet te straffen
Nog gezien de stukken van den processe;
Overwegende, dat in deze naar behooren is geprocedeerd en de
beslissing van den Krijgsraad, met uitzondering van het sub. c en
d vermelde, hetwelk als niet gegrond op de wet, niet gehandhaafd
kan worden, op juiste gronden is genomen, weshalve zij voor het
overige behoort te worden goedgekeurd;
Gelet op Staatsblad 1919 Nos 11 en 174.
DISPONEERENDE;
Keurt, met uitzondering van het sub. c. en d. vermelde 'sKrijgs-
raads dispositie goed
Gelast, dat zij in zooverre naar haren inhoud behoorlijk zal wor
den ten uitvoergelegd.
Aldus gedisponeerd op heden Vrijdag, den zes en twintigsten
Maart 1900 en twintig, bij de heeren Meester A. H. Klein, Vice-
473
1. M. T. 30, 1920.