De Duiiscbe strijdkrachten. Bij het uitbreken van den oorlog beschikte de Regeering van D. O. A. over 14 compagnieën Schutztruppen en de gewapende politie, voorts een recrutendepot, een seinafdeeling en de muziek. De sterkte was: Companie Schutztruppe Depot Seinafdeeling 1 Sol (Feldwebel) l Effendi (Officier) 1 Sol 3 Betschausch (Ser 2 Sol 1 Belschausch geant) 7 Schausch (korpor 5 Betschausch 3 Schausch aal 11 Ombascha („Ge 11 Schaussh 6 Omboscha frette") 134 Askari's („Ge- 13 Ombascha 16 Askari meine") 6 Seiners 116 6 Askari Seiners 162 Inlanders 154 Inlanders 30 Inlanders Muziek1 Effendi, 1 Betschausch, 2 Schausch. 5 Ombascha en 11 Askari's, totaal 20 Inlanders De Effendi draagt als Inlandsch Officier een cavaleriesabel; hij is de hoogste der Inlanders in de compagnie enz,, maar is onder geschikt aan alle Europeesche onderofficieren. De geheele Duitsche krijgsmacht bestond dus uit 2540 Inlanders, geëncadreerd met 216 Europeesche officieren en onderofficieren [L]. In [2] vond ik de sterkte opgegeven 250 Duitschers en 2500 inlanders, terwijl [9] opgeeft 262 Europenaen en 2700 inlanders. Met deze gegevens is de beschikbare macht vrij zuiver aangegeven. Feldwebel komt ongeveer overeen met onzen adjudant-onderofficier administrateur. De rang „Unteroffizier" komt vrij wel overeen met den korporaals rang bij ons. Gemakshalve heb ik de niet-Europeesche militair betiteld met ons begrip „Inlander". De Duitscher geeft ze aan met „Farbigen", in tegenstelling met „Weiszen". De naam „Askari" wordt ook gebruikt voor de Engelsche, Congo- leesche en Portugeesche Inlandsche militairen, welke aangeworven zijn in Afrika. 575

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 21