Uoorziening in mapening en munitie. Ik zei boven reeds, dat de kolonie geen noemenswaardige muni tiedepots bezat, dat slechts 4 compagnieën uitgerust waren met klein-kalibergeweren, dat de rest voorzien was van jagerbuksen M. 71 en dat de recruteering van begin Augustus 1914 moest afstuiten op het gebrek aan wapens. Ofschoon ik hier en daar moet voor- uitloopen op mijne volgende besprekingen, komt het mij interessant voor om in één hoofdstukje samen te vatten, op welke wijze de Duitscher in D.O.A heeft moeten handelen om aan wapening en munitie te komen. In de aanvulling van wapening en munitie heeft men kunnen voorzien 1. uit den voorraad, aangebracht door de twee blokkadebrekers „Rubens" en „Marie". 2. door het buitmaken van wapenen, het overvalen van transport colonnes en depots Ik zal geen rekening houden met de tijdstippen, waarop de aanvul ling heeft plaats gehad, doch aanvangen met het sub 1. genoemde. Begin April 1915 viel in de Mansa-baai, benoorden Tanga, binnen het stoomschip „Rubens". De „Rubens" was een Engelsch schip, dat bij het uitbreken van den oorlog in Hamburg lag, in beslag genomen werd en naar Wilhelmshaven werd gedirigeerd. Van hier vertrok het naar D.O.A. onder bevel van Luitenant t z. 2de kl. Christiansen, waaraan toegevoegd was een gezagvoeder van de Deutsch- Ostafrika Linie Albers, die in die wateren bekend was. De Engelsche kruiser „Hyacinth" had opdracht op dit schip te letten en kreeg het den 4den April 1915 in zicht, op weg naar Mansabaai. De „Rubens" werd in brand geschoten, toen het de baai binnenstoomde en daar na op het land gezet werd. Het schip werd vervolgens met ge- schutprojectielen geperforeerd, waarop de „Hyacinth" weer vertrok, denkende, dat het wel zou uitbranden en dat de lading niet meer zou kunnen worden gered. De Engelschen hadden echter buiten den waard gerekend. Het schip bracht aan over de 1000 S-geweren (Mauser M. 98), mitrailleurs, bajonetten, ongeveer 3 millioen klein-kaliberpatronen en 500 projectielen voor kanonnen van 10.5 c.M. Deze lading werd door duikers van de „Königsberg" te voor schijn gebracht, doch de geweren en de munitie hadden door het zeewater ontzettend veel geleden. De geweren werden uit elkan der genomen en weer hersteld. Ook de patronen werden uit elkaar genomen, het kruit gedroogd en daarna de huls opnieuw gevuld. 584

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 30