In het gevecht van Mahiwa, 16 October 1917, werden 200.0CO patronen buitgemaakt, welke den volgenden dag werden verschoten. Op Portugeesch gebied ging het buitmaken uitstekend zijn gang, zoo b.v. den 25sten November 1917 bij Ngomano 600 Portugeesche geweren, verschillende mitrailleurs en 450.000 patronen. Dan valt nog te vermelden, dat den lsten en 3den Juli 1918 in Kokosani en Namakurra resp. werden buitgemaakt 2 kanonnen met 155 schoten, 300 geweren en 100.000 patronen en 100 geweren met 250.000 patronen, terwijl den 22sten en 23sten Juli in Namirrue 150 geweren en 20.000 patronen en den 24sten Juli 1918 bij Numarroe meer dan 50.000 patronen veroverd werden. Natuurlijk zijn in meer gevechten wapenen en munitie buiten gemaakt, vooral toen Lettow zulk een consigne uitgaf, maar ik heb slechts de voornaamste gevallen vermeld. De troepen hadden noodgedwongen dikwijls eene verwapening te ondergaan, terwijl uit zuinigheidsoverwegingen de compagnieën met verschillende geweren werden uitgerust, d w.z. in de latere stadia van den strijd. Men leefde met de munitie van de hand in den tand. Na de gevechten bij Mahiwa en Lukuledi werd het oude M. 71 geweer in eere hersteld. Men had het achter gehouden voor den uitersten nood, omdat naar verhouding nog veel munitie daarvoor beschikbaar was. In iedere compagnie moest slechts één peloton voor het gevecht worden gebruikt en deze moest met het geweer M. 71 schieten; dit werd het eerst toegepast op het Lindifront, maar de sterke rookont wikkeling van het kruit trok niet alleen het vuur van vijandelijke artillerie en mijnenwerpers, waardoor men gevoelige verliezen kreeg, maar ook het hinderlijke van het naar de historie verwezen rook gordijn der vroegere infanteriegevechten ondervond. Van deze rege ling moest men dus afstand doen. Einde 1916 werd iedere compag nie uitgerust met S (M. 93>, Engelsche- en Portugeesche geweren, opdat buitgemaakte munitie dadelijk en overal kon worden gebezigd. Kleinere hoeveelheden munitie kon men overal buitmaken, ofschoon zij het chronische munitie-gebrek niet afdoende konden verhelpen. Toen einde November 1918 Lettow te Abercora moest onderhandelen en ten slotte de wapens moest worden neerlegd, ontvingen de Engelschen slechts 10 Duitsche geweren M. 71, 23 mitrailleurs (7 Duitsche, 16 Engelsche), 24 Engelsche kanonnen, 1070 geweren (in de verhouding van 14 Engelsch Portugeesche), 1 Portugeesch kanon van 7,4 c.M en 200.000 patronen, waaronder 20.000 Duitsche, de rest Engelsche en Portugeesche. 586

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 32