De tocht moest meestal door de wildernis worden ondernomen, zoodat j terugkeer de waterdepots dikwijls niet werden teruggevonden, oor het doen springen der baan moesten de Duitschers eerst nog tnTn apparaat construeeren- ondernemingen werden moeilijker, toen de Engelschen voortreinen lieten rijden, of vóór de locomotief een,ge goederenwagens. Bijgevoegd lijstje geeft een indruk, hoe ondernemende, doortastende patrouille-commandanten, alle maatrege- en ten spijt een spoorbaan kunnen molesteeren, vooral ais „rimboe" langs de baan wordt aangetroffen. De Bntsche strijdkrachten waren bij het uitbreken van den oorlog in Br.O.A en Uganda samengesteld uit het lilde en IVde bataljon Kings African Rifles (KAR.), sterk 1000 man, in garnizoen aan de noordgrens en ,n Jubaland, waar de Engelschen een expeditie remrVe8en de S°mali's en Abessyn'scbe stammen, en poli- tiesoldaten. Voorts werden gevormd uit kolonisten de East African Mounted Rifles sterk 400 man en het East African Regiment, welke laatste een mislukking bleek te zijn en de sterkte van 50 man niet heeft kunnen overschrijden. De bestaande Uganda Railway Volunteers 100 man) werden gebruikt voor bewaking van kunstwerken. Langzamerhand werden eenheden gevormd uit Indiërs en Kapitein Wavell wierf Arabieren aan. In Nyassaland en Rhodesia waren stechts gestationneerd politietroepen onder blanke aanvoering. (De Duitschers hebben ook proeven genomen met Arabierener zijn compagnieën Arabieren gevormd, maar zij zijn spoedig opgelost moeten worden, omdat de Arabier als militair onLikbaar bleek te zijnzij waren laf en schoten uit vrees in de lucht. Hun gedrag bij Jassini moet ergerlijk geweest zijn.) De totale Brilsche macht was in de eerste drie weken van den oorlog ongeveer 1200 man sterk. Den 3den September 1914 echter arriveerde in Br O.A. Brigadier-Generaal j.M. Stewart als com- ?q1 p KtSChe str'ïdkrachtenhij bracht met zich het f, bat' Pan]abls' een bataljon Imperial Service roops (Jind) één batterij Calcutta Volunteer Artillery, één batterij Maxims en één batterij berggeschut. Bij zijn aankomst hadden de Duitschers bezet Taveta, de grenspost anga aan de kust, Longidoberg ten westen van den Kilimandscharo terwijl kort daarna een Duitsche macht van 600 man een scherp gevecht leverde aan de Tsaworivier (6 September 1914); voorts bij Kissu een gevecht (12 September 1914) en een Duitsche macht n Vanga in opmarsch in de richting van Mombassa. De Duitschers hadden toen 30.0CO K.M.2 vijandelijk gebied bezet. 591

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 37