Het gevecht bij Gazi was van de in dezen tijd te vermelden ontmoetingen wel één der voornaamste en ving aan den 28sten September met voorpostenschermutselingen, toert de Erigelsche Kapitein Wavell tegenover zich kreeg een Duitsche macht van 6C0 man met 6 mitrailleurs, welke macht hij moest bestrijden met een compagnie van 130 Arabieren, versterkt met K.A.R.'s. Wavell wist zich staande te houden tot den 2den October 1914, toen hij versterking kreeg van K.A.R.'s en Jind infanterie. Het gevecht duurde; nog voort tot 7 October 1914. Wavell en de andere offi cieren waren zwaar gewond. Zijn stelling had een blokhuis tot steunpunt en was gelegen aan de kust in een moeras met man grovevegetatie. De Duitschers konden dezen doorgang langs den weg niet forceeren. Op dit front had in de maand October niet veel plaats, de Britten wachtten op aanzienlijke versterkingen, welke begin Novem ber konden arriveeren. Slag Dan Canga. (2 tot en met 4 November 1914) Hierbij schets I. De slag van Tanga werd voorafgegaan door de beschieting van de in de haven van Dar-es-Salam bevindende schepen. Zoo verwachtte men ook een aanslag op Tanga zelf. Men bereidde er zich op voor, eerstens door alle bruikbare levensmiddelen en voorraden weg te voeren en Tanga te versterken met één compagnie (28 October 1914), den 29en d. a. v. arriveerde ook de Militaire Commandant VON 'lettow-Vorbeck om het terrein voor eene eventueele ver dediging te verkennen. Den 2den November 1914 's morgens om 6 uur werd gemeld, dat schepen in zicht waren, een uur later, dat de schepen lichten met zich voerden, hetgeen beteekende, dat de mogelijkheid van een landing bestond. Des morgens liep een Engelsche transportvloot van 14 transport schepen geëscorteerd door 2 oorlogschepen, waaronder de „Fox de haven van Tanga binnen. Bezirksamtmann AüRACHER begaf zich aan boord van de „Fox", waar hem werd medegedeeld, dat de Engelsche Regeering de onvoorwaardelijke overgave der stad eischte, terwijl hem tevens opgedragen werd mededeelingen te doen over de aanwezig heid van mijnen. Auracher weigerde en wees den eisch tol overgave van de hand. Het vreemde was, dat de geheele vloot wegstoomde om in den nacht van 2 op 3 November terug te keeren. Te voren had een Engelsche boot landingen verricht en naar mijnen gezocht. 592

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 38