Dndische militaire Sfrcficetgeuing
Bet Wetboek uan fHililair 5trofrecht en bet Reglement
op de Krijgstucht (neruo.'g nan biz. 234).
HOOFDSTUK II. 1)
1. Indeeling van het Wetboek van Militair Strafrecht.
In het vorige hoofdstuk mochten wij onder paragraaf 2 A punt
III opmerken, dat de opzet van het Wetboek van Militair Strafrecht
geheel in aansluiting was aan dien van het bestaande Nederlandsche
Wetboek van Strafrecht 2); thans komen wij hier nader op terug.
Het Wetboek bestaat uit twee boeken, het eerste de algemeene
bepalingen, het tweede de misdrijven bevattende.
Vergelijken wij nu de titels van het eerste boek met die van
het eerste boek van het Wetboek van Strafrecht dan blijkt de
gelijkvormigheid. Gaat in het eerste Wetboek een inleiding: de
toepasselijkheid van het gemeene strafrecht bevattende, vooraf, de
daarop volgende negen titels: omvang van de werking der strafwet,
de straffen, de uitsluiting, vermindering en verhooging der straf
baarheid, de poging, deelneming aan strafbare feiten, samenloop
van strafbare feiten, misdrijven naar het gemeene strafrecht alleen op
klachte vervolgbaar, verval van het recht tot strafvordering en
van de straf, beteekenis van sommige in het Wetboek voorkomende
uitdrukkingen, uitbreiding der toepasselijkheid van sommige be
palingen, zijn ingericht naar den inhoud der overeenkomstige titels
van het eerste boek van het Wetboek van Strafrecht. Het tweede
boek bevat 7 titels met een algemeene slotbepaling: misdrijven
tegen de veiligheid van den staatschending van krijgsplichten,
zonder oogmerk om den vijand hulp te verleenen of den staat
tegenover den vijand te benadeelenmisdrijven waardoor de militair
zich aan de vervulling van zijn dienstverplichtingen onttrekt;
misdrijven tegen de ondergeschiktheidschending van verschillende
1) In de volgende bladzijden zullen slechts die gedeelten van de nieuwe
Wetgeving behandeld worden, die van belang zijn en waarvoor belang
stelling kan verwacht worden.
2) De tusschen haakjes geplaatste cijfers geven de overeenkomstige
artikelen van het Wetboek van strafrecht voor N 1. aan.
1. M. T. 35, 1920,