Thans zal ik, nu een beeld is gevormd van de sterkte der Belgen in het begin van dezen oorlog, de gebeurtenissen bespreken rondom het Kiwu-Meer, om daarna over te gaan tot die op het Tanganji- ka-Meer. Reeds eerder deelde ik mede, dat de llde compagnie uit Ruanda was ontboden naar den Kilimandscharo en dat Kapitein Wintgens, de man, die in dezen oorlog een zeer omvangrijke, gewichtige rol heeft gespeeld en resident van Ruanda tevens militaire commandant aldaar was, slechts 80 man politie had. Zijn positie was verre van benijdenswaard. Op een vraag aan den Belgischen commandant aan het Kiwu-Meer, hoe België zich dacht te houden, kreeg hij geen positief antwoord en in Ruanda zelf ontstonden moeilijkheden, omdat een partij den tijd gekomen achtte om sultan Musinga af te zetten en zelf het bewind in handen te nemen. Hierdoor ont stonden aldaar onrust en onregelmatigheden. En daar Musinga gesteund werd door de koloniale Regeering en Wintgens een onvoldoende macht ter beschikking had, dreigde hem gevaar van binnen- en buitenland. Ik zal den lezer de details van deze binnen- landsche moeilijkheden besparen. Met zijn kleine macht stond Wintgens dus weerloos. Op het meer evenwel had hij een motorboot, de „Bodelschwingh", welke hij bewapende met een mitrailleur. Reeds eerder merkte ik dit cp. Dit bootje begon dadelijk op het meer te kruisen om een Belgisch stalen scheepje te zoeken. Reeds begin September kregen zij den Belg te pakken. Oberleutnant Wunderlich bediende zelf den mitrailleur en weldra meldde een witte vlag aan, dat men capituleeren wilde. Gevangen werden de Belgische gezagvoerder, een Grieksch koopman en een Franschman, die aan het Kiwu-Meer was om op olifanten te jagen en welke dapper heeft gestreden, ten gevolge waarvan hij geperforeerd was door 12 mitrailleurtreffers, en eenige Eelgische soldaten (Inlanders); buitgemaakt werden een kist zil vergeld en Belgische poststukken, welke volledige gegevens bevatte over de Belgische troepen in de grensstreken. Door dit bootje te nemen had Wintgens vrij spel op het meer, maar ook maakte deze gebeurtenis een diepen indruk op de binnen- landsche oorlogspartij van Ruanda. Maar voor het meesterschap op het meer werd vereischt, dat het Belgische eiland Idschwi (door de Duitsch-Belgische overeenkomst van 11 Augustus 1910 is dit ei land Belgisch geworden) werd veroverd. Op dit eiland bevond zich de Belgische post Njakarengo, die het verkeer op het meer geheel beheerschte en gelegen was op een klein vlak schiereilandje 605 1. M. T. 38, 1920,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 51