o a. te Kimamba, Gulwe, Dodoma, Saranda, Malongwe, Tabora en Kigoma. Op de etappewegen werden relaisposten gevestigd voor de dragertransporten De etappeweg Kimamba/Morogoro - Handeni Mombo/Korogwe met een lengte van 300 K.M. had op dagmarschafstand (de dragers loopen gemiddeld 4—5 uur per dag met een snelheid van plm. 4 K M. per uurj dragerbivaks en kleine magazijnen. Was men aanvankelijk van plan om de transporten zoodanig te regelen, dat dezelfde drager zijn last van het beginpunt tot het eindpunt vervoerde, om dan weer naar het beginpunt terug te keeren, dit systeem heeft men spoedig verlaten voor een ander stelsel, waar bij de drager zijn last slechts één dagmarsch ver bracht. Hier werd deze last dan overgenomen door een versche ploeg, die wederom één dagmarsch verder ging. En voor de ontvangst van de nieuw aangekomen transporten èn voor de gestationeerde dragers was het noodig, dat zij in barakken werden ondergebracht, welke eerst van tijdelijke later van permanente mate rialen werden opgetrokken. Hier ontstonden ook vluchtige magazijnen. Met groote nauwgezetheid werd gezorgd voor de gezondheid der dragers Medici reisden dezen etappeweg af om te waken, vooral tegen infectieziekten. De toestand op dezen etappeweg werd ern stig met den crisis boven bedoeld, toen de 20.C00 dragers eene op stopping teweeg brachten (er waren hier 30.000 dragers in totaal) en dit nog plaats had tijdens het inzetten van de regens. Ziekten hebben hier ernstig huisgehouden onder de negers, waardoor niet minder dan 200) dragers te gronde gegaan zijn. Op de etappeplaatsen werd streng op orde en regelmaat gelet, waardoor de opvoer van voorraden geregeld plaats had. Voorname lijk was dit te danken aan den majoor von Lettow, een planter, welken oud-officier ik reeds aantrof in de officierslijst der „Schutz- truppe" van 1897, een man van groote ervaring, vooral voor wat betreft den omgang met de negers. De etappelijn Dodoma Kondoa Irangi Aruscha is van minder belang geweest, zooais boven reeds is uiteengezet. Dodoma en Kondoa Irangi vormden hier de groote magazijnen, waarin 500.000 600.000 K. G. graan was opgestapeld en belangrijke vee-depots waren gevestigd. Kondoa zond enorme hoeveelheden naar het noorden en zorgde voor de vleeschvoorziening der noordoostgroep langs de kleinere depots Ufiome en Lol Kissale. Het traject Dodoma Kon doa was speciaal voor etappeweg opnieuw getraceerd, maar dit gunstiger tracé liep niet langs de nederzettingen der negers. 691

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 23