De colonnes hadden te kampen gehad met weggeloopen bevol kingen, die daarbij alle voorraden levensbenoodigdheden hadden verstopt, zoodat patrouilles die in de rimboe moesten opsporen. Vermelding verdient hier wel, dat slechts één der colonnes één keer het noodration aangesproken had, ondanks de ontberingen; bij de aansluiting met de oostgroepen hadden dus alle colonnes de noodrations in tact, op één na. De Commandanten hebben hier er naar gestreefd om tot het uiterste zich te behelpen en de nood rations te reserveeren voor nog ernstiger, schier hopelooze oogen- blikken. En met succes, ongetwijfeld dank zij de discipline in de gelederen. Het valt niet te ontkennen en ook hierop mag nog wel eens den nadruk gelegd worden, dat het verbruik van noodrations gemakkelijker is dan de aanvulling er van, vooral bij ons, waar de noodrations nog moeten worden samengesteld (gevuld). De westtroepen hebben de etappelijn van Northey herhaaldelijk aangevallen èn om weer levensvoorraad te krijgen èn om door te breken, ten einde zich te voegen bij de oosttroepen. Zoo gelukte het Wintgens om de bergvesting Gomijnji te vermeesteren en hier vele voorraden buit te maken. In de tweede helft van October werd verbinding met de afdeeling van majoor Kraut verkregen en hiermede was de vereeniging tot stand gebracht. Thans wil ik den draad wederom opvatten, die ik te Morogoro liet liggen bij de beschrijving van de ontruiming ervan. Eerst even de situatie. De oosttroepen- Kapt. Otto met 3 compagnieën werd 's avonds 23 Augustus 1916 van Morogoro gedirigeerd naar Mlali, waar hij den 24sten Augustus 's morgens vroeg aankwam. Ook de rest der troepen werd naar Mlali aangetrokkenalleen de afdeeling Stemmermann volgde de oostelijke route. Majoor Kraut verplaatste zich van Kilossa in de richting van Mahenge, als linkerflankdekking en kreeg verbinding met de voor Generaal Northeij terugtrekkende troepen onder Kapitein Braunschweig. Een interessante tijd brak hier nu aan, zoowel uit strategisch als uit verplegingsoogpunt. Het oorlogstooneel wordt gevormd door het Oeloegoeroe-gebergte (2600 M. hoogte), waarlangs drie wegen van Morogoro naar Kissaki leiden, t.w. de twee meergenoemde oostelijk en westelijk langs het gebergte en één schier ontoegankelijke weg dwars over het gebergte. 704

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 36