vaststellen, of Ethe en St. Leger waren bezet; daarna kon de verder gaande verkenningsopdracht nog steeds worden gegeven. Voor de eerstgenoemde taak was de steun van 1/3 regt. inf. niet noodig; bo vendien had men ook beter gedaan daartoe een versch bataljon te bestemmen en geen afdeeling te nemen, welke op voorposten stond. Dat de ct. van huz. regt. 14 niet op dit bataljon wachtte, was juist, doch, tenzij het terrein aan weerszijden van den weg onbe gaanbaar was voor cavalerie, moet het marcheeren op een grooten weg op zoo'n korten afstand van den vijand als een fout worden aangemerkt Een dusdanige handelwijze kan slechts leiden tot het vallen in een hinderlaag. Na eenige schermutselingen tegen vijandelijke cavalerie werd Ethe bezet (6 v.), doch bij Gevimont gekomen, werd inf. vuur uit noor delijke richting ontvangen en kon men niettegenstaande het ingrijpen van 1/3 regt. inf. geen terrein winnen. Van het treffen met vijande lijke cav. werd 6.45 v. bericht gezonden, van het gevecht van 1/3 regt. inf. ongeveer 7.15 v. Het eerste bericht is zeer zeker te laat verzondenhad men de cavalerie de opdracht gegeven vast te stel len, of Ethe was bezet, dan zou het bericht zeker eerder zijn af gezonden. 4.30 v. deboucheerde de spits der voorhoede uit Ruette; 7 v. ont ving de voorhoedecommandant het eerste bericht. Rekening houden de met de aangegeven marchsnelheid van 2 K.M. en de beginselen t.a.v. indeeling in de diepte in het Fransche velddienstvoorschrift aangenomen, kon de colonne als volgt zijn opgesteld spits 1 K. Zuid van Ethe, voortroep aan den Zuidingang van Goméry, hoofdtroep tusschen Goméry en Latour, hoofdmacht 1 K.M. noord van Ruette, waarbij de afstanden genomen zijn als in ons velddienstvoorschrift aangegeven. Bij ontvangst van het tweede bericht (7.30 8 v.o.) bevond zich de hoofdtroep bij den oostelijken uitgang van Ethe. Bij het debou- cheeren ontving men vuur uit noordelijke richting. Niettegenstaande het eerste bericht, het hevige vuur in noordoos telijke richting, hetwelk beslist bij Ethe te hooren moet zijn geweest, en ook de mededeelingen in het tweede bericht, werd er niet aan gedacht de voorhoede in de breedte te ontwikkelen, werd door de nauwe straten van de plaats gemarcheerd met het gevolg, dat men bij het deboucheeren onder vuur werd genomen. De omstandig heden waren den Fransche echter nog gunstig, want was het reeds 717

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 49