3 compagnieën van het 2de garnizoens-bataljon te Koetaradja gele
gerd, te doen bestaan uit de zooeven genoemde gemengde brigades.
In verband met één en ander vereischte bedoeld verzoekschrift,
om te Koetaradja een compagnie van Amboineeschen landaard te
legeren, geen nadere beschikking.
14. Huisvesting mindere militair. Binnen de grenzen van de
oorlogsbegrooting worden rekening houdende met overige leger
belangen zoo hoog mogelijke fondsen aangevraagd voor de ver
betering van de huisvesting van den militair in het algemeen en
komt bij elke belangrijk kampementsverbouwing of uitbreiding der
gouvernementswoningen deze verbetering tot stand. Overigens wor
den kampementen en militaire vestigingen, welke niet meer geschikt
zijn te maken voor de moderne Iogieseischen, geleidelijk voor ver
plaatsing en nieuwbouw in aanmerking gebracht.
Uit economische en vervoersoverwegingen, mede rekening hou
dende met een doelmatige werkverdeeling, kan meerdere bespoediging
niet worden betracht, zooals bij de uitvoering van het werkplan
der genie in de laatste jaren in de praktijk is gebleken.
Hiermede rekening houdende zullen de tijdelijke afscheidingen
in de zalen tusschen gehuwden zoo spoedig mogelijk worden
vervangen.
15. Inrichting voor oud-militairen. Voor zoovere bekend, is in
Indië nimmer de behoefte gebleken aan een inrichting voor oud
militairen zooals te Bronbeek in Nederland.
Voor den Indischen militair, die na zijn pensionneering in Indië
blijft, zijn, als gevolg van de steeds stijgende behoefte aan geschikte
Europeesche arbeidskrachten, de bestaansvoorwaarden zoo gunstig,
dat ieder man, die werken wil, 'ook werk kan vinden, zelfs al oefent
hij geen bepaald ambacht uit. En ook voor hen, die het leger met
pensioen verlaten wegens lichamelijke ongeschiktheid voor den mi
litairen dienst, is bijna immer nog geschikt werk te krijgen, hetwelk
niet te zware eischen aan het physiek stelt.
Indien verder in aanmerking wordt genomen, dat de pensioenen
weldra niet onbeduidend verhoogd zullen worden, dat zij, die in Indië
blijven, als regel gehuwd zijn met eenehier te lande geboren vrouw,
waardoor zij zich meer dan anderen aan de zeden en gewoonten
van het land hebben aangepast, en dat het leven in de binnenlan
den geen hooge financieele eischen stelt, dan is het duidelijk, dat
zelfs degenen, die, na het leger met pensioen te hebben verlaten,
niet meer tot geregelden arbeid in staat zijn, als regel in het bin
nenland alleen van hun pensioen nog een bevredigend bestaan kun
nen leiden.
Hoewel het hierboven opgemerkte op den Europeeschen militair
betrekking heeft, is het duidelijk dat zulks evenzoo betrekking heeft
op den niet-Europeeschen militair, die als kind van het land zich
meer nog dan de Europeaan in de binnenlanden thuis voelt en wiens
levenseischen van huis uit ook zooveel lager zijn.
16. Verslag hospitaalcommissie. Het verslag van de commissie
voor onderzoek naar de hospitaaltoestanden kan tegen het einde
van 1920 worden verwacht.
795