kunnen de lijken van Inlanders en daarmede gelijkgestelde militai ren, welke niet door de naastbestaanden worden aanvaard, en wanneer daartegen uit een gezondheidsoogpunt geene overwegende bedenkingen bestaan ter beoordeeling van den eerstaanwezenden officier van gezondheid bij de ziekeninrichting aan de kamera den worden overgelaten, om zoowel vóór de teraardebestelling als bij het begraven en bij het graf op hunne kosten zoodanig cere monieel te verrichten, als met hunne gebruiken en godsdienstige begrippen overeenkomt, in welk geval het voorgeschreven militair- ceremonieel achterwege kan blijven. Het ceremonieel bij het lijk, vóórdat het naar het graf wordt ge dragen, moet geschieden binnen het ziekengesticht, alwaar een voor dat doel te gebruiken lokaai is aangewezen; de begrafenis geschiedt in ieder geval daaruit. De lijken worden begraven op de bestaande Inlandsche kerkhoven met inachtneming der verordeningen, welke dienaangaande plaatselijk bestaan, dan wel op afzonderlijke terrei nen, wanneer dit door plaatselijke omstandigheden wenschelijk of noodig wordt geacht en de terreinen daarvoor door het plaatselijk bestuur zijn afgestaan en aangewezen. Het begraven van de lijken van den Mohammedaanschen gods dienst belijdende militairen en het zij volledigheidshalve ver meld schepelingen van Harer Majesteits zeemacht of van de gouvernements marine, van dien godsdienst belijdende burgerperso nen met eene vaste aanstelling bij het leger dienende, alsmede die van gepensionneerde of gegageerde Mohammedaansche militairen en schepelingen, geschiedt in wit katoen, dat daartoe evenals de benoo- digde bamboe van landswege wordt verstrekt. Alle overige lijken van Indische mannen en vrouwen dus ook van de gezinsleden van Inlandsche militairen en van concubines worden begraven in ligmatjes, waartoe voor elk lijk twee stuks kunnen worden verstrekt. Tegen het denkbeeld om ook verstrekking van het noodige wit goed te doen plaats hebben bij het Overlijden van gezinsleden, enz. waaronder te verstaan de eerste of oudste der vrouwen, waarmede de man is gehuwd en de uit deze geboren kinderen van militairen, enz., die den Mohammedaanschen gods dienst belijden, bestaan geen overwegende bezwaren. Het zou echter afbreuk kunnen doen aan het succes van de bestrijding van het kazerneconcubinaat, bijaldien ten opzichte van concubines een gelijke vrijgevigheid werd betracht. Alleen in gevallen, waarin zulks door den chef der ziekeninrich ting noodig wordt geoordeeld, worden de lijken van aan eerige besmettelijke ziekte overleden Inlandsche personen in een doodkist begraven, doch ook in dat geval wordt het lijk ingewikkeld in daarvoor kosteloos beschikbaar gesteld wit katoen. Het is regel, dat de lijken van de,den Mohammedaansche godsdienst belijdende, Inlandsche militairen óf door de naastbestaanden worden aanvaard óf aan de kameraden worden overgelaten; zij hebben zorg te dragen voor het ritueel; daarmede kan en mag de overheid zich niet inlaten; klachten, dat de hulp van een Mohammedaansch priester vaak wordt ontbeerd, zijn nimmer vernomen; de betrokkenen 803

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 65