D. Bij het aanbreken van den dag marcheerde de 2de divisie (Tighe) den 8sten Maart op tegen Salatia met de lsrgerartillerie. De voorhoede stond onder bevel van generaal Malleson (1ste Oost-Afrikaansche Brigade) en de troepen „dug themselves in, in readiness for an attack on the 9th" (dispatch van Smuts). Salatia schijnt op den 12den Februari wel indruk te hebben gemaakt. Generaal Tighe zette twee batterijen in actie tegen Salatia. Dit vuur had echter slechts ten doel om hier en daar in het bosch en aan de westzijde van den heuvel projectielen te strooien en geschiedde zonder waarneming; de vliegtuigen konden door de mist niets waar nemen, maar later ging het beter. Bij het vallen van den avond keerden de batterijen weer naar Serengeti terug, slechts de infante- terie bleef in de loopgraven. Den volgenden dag werd de aanval herhaald, voorzoover er den vorigen dag van een aanval sprake was geweest. De infanterie werd thans in den zeer vroegen ochtend vooruit gebracht tot 3 K. M. van den voet van Salaita. Thans werd wederom de artillerie in actie gezet en wel twee lichte batterijen, één batterij 4 duim marinegeschut, een houwitser batterij en een batterij 12-ponders. Om 2 uur n. m. ging de infanterie vooruit, in de linie met zich voerende officieren van de batterijen met lange bamboes, waaraan goed zichtbare vlaggetjes, om te voorkomen, dat de artillerie op de eigen infanterie zou vuren. Om kwart na vier bemerkte men, dat Salaita ontruimd was. Toen Lettow n.l. sterke vijandelijke colonnes bij Chala waarnam, welke op Kitovo-Oost marcheerden, achtte hij Salaita onhoudbaar en gaf Kraut telefonisch last om Salaita te ontruimen. Ik wil nog even hier opmerken, dat de omtrekking tegen Chala den 8sten Maart werd waargenomen en dat Kraut in den nacht van 8 op 9 Maart zijn stellingen had verlaten, dat desniettegenstaande 5 Engelsche batterijen den 9den op de stellingen vuurden en Tighe eerst in den laten namiddag ontwaarde, dat hij tegen onbezette stellingen had geageerd. Er is hier wel ultra-voorzichtig gehandeld, waardoor Let tow drie ongeschonden compagnieën ter beschikking kreeg. Geen wonder, dat van Engelsche zijde werd opgemerkt, dat de heuvel zon der tegenstand werd genomen. Lettow betreurde het nog, dat hij geen artillerie had om de omtrekkende beweging onder vuur te nemen, aangezien de vijand op niet te grooten afstand weinig aanbevelenswaardige vormen bezigde. 826

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 18