kingen niet ontdekt werd. Het eskadron van Kitovo-Oost was wel in aanraking met den vijand, maar men wist niet, of de vijand slechts een terugtocht dekte, een positie had ingenomen of een tegenaanval op Taveta in den zin had. Smuts besloot om eerst den Latema Reata pas te bezettenvoor dien kon hij niet verder. Gerecht bij hatema Reata. Voor die onderneming werden aangewezen drie zwakke bataljons infanterie, nl. 130ste Baluchis, III King's African Rifles (K. A. R,), Hde bat. van het Rhodesian Regiment, een comp. bereden infanterie, twee veldbatterijnen nl. Nos 6 en 8, één houwiterbatterij, No. 134, een sectie mitrailleurs van het bataljon Loyal North Lancashires, een compagnie mitrailleurs („Volunteer") en ten slotte Belfield's Scouts. Het geheel stond onder bevel van Generaal Malleson. Na een verkenning besloot Malleson om een uitlooper te be zetten, welke de pas domineerde. Om echter dezen uitlooper te bereiken, moest zeer moeilijk zwaar met doornbosch begroeid terrein worden overschreden, welke begroeiing zich voortzette tot aan de top. De uitslag van de onderneming was met drie zwakke bataljons zeer twijfelachtig te noemen. Edoch, de „Force Reserve" was in aantocht, doch nog niet ter beschikking. Waarom den llden Maart de Latema-Reata-positie niet eerst deugdelijk was verkend en de opmarsch begonnen was na aankomst van de algemeen reserve, vind ik nergens aangegeven. De gevolgen zijn dan ook niet uitgebleven. Malleson begon zijn opmarsch om ongeveer 12 uur 's middags reeds aanstonds, na het overschrijden van een circa 2 K.M. breede open strook terrein bewesten Taveta, met de K. A. R. 's en de Baluchis in de vuurlinie en wel de K. A. R. 's links van de Ba luchis. De Rhodesiërs volgden als reserve. De compagnie bereden infanterie dekte de beide flanken. De opmarsch leverde schier onoverkomelijke hindernissen op, waartoe vooral de Duitsche opstellingen aanzienlijk medewerkten. Hun machinegeweren werkten moordend. In de boomen zaten „sni pers". „I know of nothing more demoralising in this sort of figthing 828

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 20