than the fire of this particularly devilish gun, which searches every foot of the ground over which you have to advance with its streems of little shells, that seem to arrive as though they had been squirted from a hose", schrijft Whittal Het gevecht der troepen van Mal- LESON moet verschrikkelijk geweest zijn. Intusschen was Generaal Malleson uitgevallen wegens ziekte en vervangen door Generaal Tighe. Hoewel de vuurlinie links en rechts gesteund werd resp. door het vuur van de 8e en 6e veldbatterij op Reata en hoewel de houwitserbaterij Latema beschoot, was de vooruitgang zeer weinig merkbaar, althans uiterst langzaam. Tighe versterkte de linie met de Rhodesiërs, toen in den laten namiddag de „Force Reserve" in Taveta begon te arriveeren en hij versterking had gekregen van het Vde bat. Zuid-Afrikaansche infanterie (4 uur n.m.) De Rhodesiërs beproefden de K. A. R. 's mede te nemen, welk bataljon onmiddellijk zijn chef, overste Graham, en vele zijner of ficieren verloor. Dn aanval mislukte en toen wierp Tighe een twee de druppel in het gevecht, n. 1. de helft van het Vde Zuid-Afrikaan der bataljon op den rechter vleugel, ook weer zonder succes. Te 8 uur 's avonds arriveerde het Vilde bat. Zuid-Afrikaanders te Taveta en werd dit bataljon ter beschikkiug van Generaal Tighe gesteld. Tighe wilde thans de verovering van Latema Reata forceeren door een bajonetaanval bij nacht en bestemde daarvoor het Vde en het Vilde bat. Zuid-Afrikaanders. De onderneming moet wan hopig riskant worden genoemd. Overste Byron ging tot dien aanval over en het is hier de plaats om een woord van bewondering uit te spreken voor den grooten moed en doodsverachting der beide bataljonscommandanten, waaronder overste Freeth, die reeds bij Salaita (12 Februari) in zulk in moorddadige positie verkeerd had. De opdracht was echter onverantwoordelijk; verband viel niet te houdenofficieren raakten kunne troepen kwijt, leiding was niet te geven, de grootst mogelijke wanorde heerschte weldra. En toch, Freeth bereikte den kam met 18 man, iets later versterkt door een paar Rhodesiërs en K. A. R. 's en wist zich daar vast te zettenma joor Thompson, die de andere helft van het Vilde bataljon aan voerde, was gelukkiger, want met 170 man wist hij den kam van de hoogte te bereiken en zich daar in te graven Overste Byron (1) Beide hoofdoffieren ontvingen een welverdiende onderscheiding. 829

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 21