was te overzichtelijk .en de vijandelijke stelling was te domineerend
om een gevecht van man tegen man te kunnen ondernemen. Let-
tow wilde daarom zich beperken tot het bezetten der hoogten, die
door de Engelschen ontruimd waren.
In den nacht om 11 uur echter bleek het, dat een gedeelte van
Lettow's macht in een zwaar gevecht gewikkeld was. De afstand
was te groot om met de reserve in te grijpen, daarbij was het ter
rein te moeilijk en de maan zou spoedig ondergaan. Lettow moest
dus afwachten, wat er gebeuren zou. Overste von Bock en Kap.
Von Kornatzkij hadden de hoogten bezet, doch bevonden zich on
middellijk tegenover den vijand. Beide officieren sneuvelden; ver
band en leiding gingen door het onoverzichtelijke terrein verloren
en hoewel de Askari's zich wisten vast te zetten, begreep Kap.
Lincke, dat hij over dag zijn bewegingsvrijheid kwijt zou zijn, dus
brak hij het gevecht af. De Duitsche verliezen waren: 5 Europea
nen (w. v. 2 officieren) en 50 Askari's gedood; 5 Europeanen en
66 Askari's gewond; 2 Europeanen en 19 Askaris vermist. Zooals
men ziet, zijn deze verliezen zeer aanzienlijk, daar hier slechts
400 man in het gevecht gewikkeld waren.
De Engelsche verliezen bedroegen 50 man.
De Engelsche literatuur tast omtrent dit nachtgevecht in het duis
ter; zij is van meening geweest, dat Lettow met zijn geheele macht
had aangevallen; ook SMUTS'dispatch meldt dit.
Lettow handhaafde zich gedurende Mei en Juni rondom Kondoa
Irangi en bombardeerde het Engelsche kamp, naast diverse kleinere
ondernemingen, die werden uitgevoerd.
Generaal Van Deventer was tot werkeloosheid gedoemd, wegens
gemis aan paarden, hevige ziekten onder de menschen en de schier
onmogelijke aanvulling van verplegingsartikelen.
Intusschen was het 10de Zuid-Afrikansche Bat. met de bergbat-
terij in Kondoa Irangi teruggekeerd van uit Umbulu en werd Van
Deventer versterkt met twee nieuwe Zuid-Afrikaander bataljons
en een batterij, later nog met een batterij 4-inch kanonnen en een
sectie houwitsers. Al deze versterkingen arriveerden einde Mei.
De opmarsch Dan Smuts langs de Pangani
naar de Dguru-bergen
Na de verovering van de Kahe-stelling en na de reorganisatie
van zijn strijdkrachten, bleef Smuts met zijn hoofdmacht werkeloos
tot 18 Mei.
840