„which grants him an allotment of the common rice-fields. The pro fession of arms has become more and unpopular. What sight could „be more pathetic than those unfortunate nhaqué (peasant taken „to the infirmary for the medical examination. They look more like „victims going to execution than future warriors proud of serving „their country. Home-sickness came over them almost before they „had taken leave of their rice-fields and the buffaloes, for in many „cases it was their first exile. Now they stand bewildered between „a corporal on the one hand, who yelis at them in Annamese, and „a doctor on the other, who speaks more gently but in an unknown „tongue. Those unfit for service could not contain their joy on „learning their near return to their homes; they were new men. The „other look at the doctor with eyes so full of entreaty that it over whelms him with compassion. But when they have worn the khaki „uniform and the flat cap for a few months their fear will depart, „and, if not too badly treated or beaten, they will become excellent „linh (soldiers) and will soon lose all dislike of their profession". Dr. Hendrik Muller schrijft in het eerste deel van „Azië gespie geld": „De Inlandsche regimenten worden door Fransche officieren „aangevoerd en de soldaten kunnen het niet verder brengen dan tot „den sergeantsrang. Voor een deel nemen zij vrijwillig dienst, doch „het ontbrekende moeten de dorpen aanvullen, jaarlijks geeft de re dering aan, hoeveel man zij aldus zal behoeven. In de Annamiti- „sche landen heerscht het communaal landbezit; de staat kent er „slechts de gemeenschappen der dorpen en deze wijzen dus de re kruten aan In Cambodja daarentegen, handelt en bezit ieder voor „zich zelf. Daar wordt dientengevolge geloot". Tot beter begrip van zaken volge hier een korte uiteenzetting van het Inl. bestuur in de Annamitische landen en in Cambodja: In de Annamitische landen bestaat de gemeente Ka of Thón uit één of meer kampongs (lang). Het gemeentebestuur wordt uitgeoefend door een door de gemeente gekozen vertegenwoordiger, Ly Trüong, bijgestaan door één of meer Phó Ly, eenigermate te vergelijken met burgemeester en wethouders, misschien beter nog met ons dessabestuur. De eigen lijke macht berust echter bij de notabelen, die gezamenlijk met de oudsten den gemeenteraad vormen. De notabelen (de oudere broeders) zijn de mandarijnen, de geletterden, de soldaten, de gewezen gemeente ambtenaren en de Ly Trüong, en Phö Ly. De gemeente-ambtenaren, Ly Trüng, Phö Ly e.d., worden allen gekozen door hun medeburgers. Eerstgenoemde wordt evenwel in zijn ambt bevestigd door de provinciale mandarijnen en het Fransch bestuur en onvangt een 882

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 76