staan mij geen betrouwbaie gegevens ten dienste. In 1901 was het nog 23, waarbij de garde civile niet meegerekend is. Met deze me de was bet nog iets minder dan 1:10. Aan het slot van dit hoofdstuk zij er nog even opgewezen, hoe de militie gebruikt werd voor eene gezonde, Fransche propaganda, nl. door onderwijs te doen geven niet alleen in lezen en schrijven, maar ook in de Fransche taal. Zoo waren er reeds in 188o in Cochinchina alleen op 2792 nl. militairen 762, die minstens het Fransch konden lezen en verstaan. In het volgende jaar verminderde dit tot 277, maar dit was toe te schrijven aan de omstandigheid, dat het kader voor de beide in Tonkin opgerichte regimenten ge- recruteerd werd uit Inlanders, die het Fransch verstonden. Het aan tal leerlingen in de Fransche taal steeg daartegenover in 1885 van 470 tot 154. Doumer maakt o.a. melding van de propaganda der Fransche repetitors in de scholen der tirailleurregimenten en van de garde civile. C. Marcus, Wordt vervolgdKapitein der Infanterie. 893

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1920 | | pagina 87